Al langere tijd werd de Dutch Dairymen Board (DDB) door leden benaderd met klachten omtrent het opleggen van bovenwettelijke en regelmatig onmeetbare eisen door de zuivelindustrie, waardoor DDB-leden te maken kregen met onder andere dreigementen omtrent melkweigering, machtsmisbruik en extra opgelegde onkosten.
Al langere tijd werd de Dutch Dairymen Board (DDB) door leden benaderd met klachten omtrent het opleggen van bovenwettelijke en regelmatig onmeetbare eisen door de zuivelindustrie, waardoor DDB-leden te maken kregen met onder andere dreigementen omtrent melkweigering, machtsmisbruik en extra opgelegde onkosten.
Minister Carola Schouten (LNV) legde bij haar aantreden als minister de nadruk op haar streven om de positie van boeren in de keten te versterken en de noodzaak voor een kostendekkende prijs voor boeren. De tendens in de zuivelsector lijkt, gevoed door de klachten van DDB-leden, juist de andere kant op te gaan. Reden voor de DDB om onderzoek uit te laten voeren naar oneerlijke handelspraktijken in de Nederlandse melkveehouderij. Voor de DDB was het daarbij essentieel dat dit onderzoek onafhankelijk zou worden uitgevoerd en representatief voor de sector zou zijn.
WUR
In samenwerking met Wageningen Universiteit is besloten een eerder onderzoek naar oneerlijke handelspraktijken (OHP’s) in de melkveehouderij, uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie en opgezet volgens het ontwerp van Di Marcantonio et al. (2018a), ook in Nederland uit te laten voeren. In opdracht van de DDB, maar uitgevoerd door derden, onder auspiciën van Wageningen Universiteit. De vragenlijst is in de context van de Nederlandse zuivelsector, ingekort, verwerkt en uitgebreid met vragen over de invloed van Kwaliteitsborgingsystemen (KBS).
Het vervolgens in mei 2019 uitgevoerde onderzoek heeft bijgevoegd rapport opgeleverd voor de Dutch Dairymen Board (DDB). De onderzoeksmethodiek, representativiteit en bijbehorende marktanalyse is gebaseerd op een Master of Science (MSc) thesis geschreven door Scheper (2019) voor de leerstoelgroep Agrarische Economie en Plattelandsbeleid (Wageningen Universiteit).
Verboden OHP’s
Voor dit rapport zijn de OHP’s onderzocht die met ingang van Richtlijn 2019/633/EC verboden zijn. Het onderzoeksdoel voor dit rapport was het in kaart brengen van OHP’s in de Nederlandse zuivelsector en onderzoeken wat de invloed van kwaliteitsborgingsystemen op de relatie tussen contractuele partijen is.
Dit resulteerde in de volgende twee hoofdvragen:
- Hoe vaak komen OHP's voor ion de Nederlandse Zuivelsector?
- Wat is de invloed van kwaliteitsborgingsystemen op de relatie tussen de contractuele partijen?
Conclusie
De DDB betreurt het dat zij, nu de uitkomsten van het onderzoek naar OHP’s in de Nederlandse melkveehouderij bekend zijn, moet constateren dat er in grote mate sprake is van oneerlijke handelspraktijken in de Nederlandse melkveehouderij en dat deze praktijken vooral ernstiger zijn geworden ná de afschaffing van de melkquotering (vergeleken is de situatie in 2018 ten opzichte van 2014).
Melkweigering en voedselverspilling
Bovendien leiden onmeetbare, bovenwettelijke voorwaarden in de kwaliteitsborgingsystemen onder andere regelmatig tot voedselverspilling: miljoenen liters kwalitatief perfecte melk belanden in Nederland jaarlijks in de mestkelder door niet-meetbare ‘tekortkomingen’ in de bedrijfsvoering van de melkveehouder, door administratieve zaken of fouten van de melkfabriek die worden afgestraft met melkweigering. Ook het dreigen met melkweigering is in 2018 sterk gestegen ten opzichte van 2014.
Het verspillen van voedsel door de zuivelindustrie, is totaal niet te rijmen met de uitgangspunten van Nederlands grootste melkverwerker die de consument juist wil doen geloven dat ze “on the way to planet proof” zijn. En ook de strijd tegen voedselverspilling door minister Schouten – onlangs nog versterkt met 7 miljoen euro extra voor de transitie naar kringlooplandbouw – lijkt niet besteed aan een belangrijk deel van de Nederlandse zuivelindustrie.
Wettelijk verbod noodzakelijk
De DDB vindt het noodzakelijk dat er een wettelijk verbod komt op melkweigering op niet/moeilijk meetbare (boven)wettelijke gronden. In het kader van ongewenst machtsmisbruik door de zuivelindustrie ( OHP), maar ook zeker in het kader van voedselverspilling is dat meer dan noodzakelijk! De DDB zal minister Schouten dan ook met klem verzoeken een dergelijke wetswijziging met spoed door te voeren. In ons omliggende landen is melkweigering op niet/moeilijk meetbare bovenwettelijke gronden, sinds jaar en dag verboden.
Vrouwonvriendelijk
Een verder opvallend detail in de uitgebreide Engelstalige thesis over het optreden van OHP’s in de Nederlandse melkveehouderij, is het feit dat vrouwelijke melkveehouders 17% (!) meer kans hebben het slachtoffer te worden van oneerlijke handelspraktijken dan hun mannelijke collega’s.
Onderneem stappen! Alles bij elkaar opgeteld vindt de DDB het meer dan noodzakelijk dat de minister van LNV ingrijpt in het steeds verder afzwakken van de positie van melkveehouders in de zuivelketen. Zij heeft bij haar aantreden toegezegd dat ze de positie van boeren wil versterken en uit het bijgevoegde samenvattende rapport en de uitgebreide thesis naar Oneerlijke Handels Praktijken in de Nederlandse melkveehouderij, blijkt dat het meer dan noodzakelijk is in te grijpen bij de zuivelindustrie! De zuivelindustrie zelf zou zich daarbij ook moeten afvragen welke reputatie zij waar zouden willen maken: trots op de boer of knevel de boer. De handelswijze van belangrijke zuivelverwerkers getuigt van een grote hang naar machtsmisbruik.
Daarbij zal er ook regelgeving moeten komen die op onafhankelijke wijze de extra kosten van extra (boven)wettelijke eisen vaststelt en er voor zorgt dat iedere melkveehouder deze kosten vergoed krijgt van degene die hem deze eisen oplegt.
Dit is al sinds de oprichting van de DDB in 2006, een rechtvaardige doelstelling. De zuivelindustrie heeft kansen genoeg gehad om op vrijwillige basis de boeren te belonen voor het voldoen aan extra bovenwettelijke eisen. Nu aangetoond is dat de zuivelindustrie slechts energie steekt in het opleggen van eisen zonder daarvoor te betalen, is wetgeving een volgende logische stap om deze doelstelling van de minister alsnog te behalen.
Namens de DDB, Sieta van Keimpema, voorzitter