Afgelopen jaar is de Wet natuurbescherming (Wnb) erg dynamisch gebleken. De verlening van een vergunning was alleen mogelijk op basis van intern en extern salderen. Op 20 januari 2021, deed de Raad van State inzake de Logtsebaan echter de uitspraak: in het geval van intern salderen bestaat geen vergunningplicht meer. Wat betekent dit in de praktijk?
Robbert Groothuis is adviseur Ruimtelijke Ordening en Milieu bij Exlan Advies van Agrifirm. Hij zet het nog een keer voor je op een rij.
Intern salderen
Er is sprake van intern salderen wanneer een bedrijf zo is aangepast of uitgebreid, dat dit zorgt voor evenveel of minder stikstofuitstoot op de omliggende Natura 2000-gebieden ten opzichte van de huidige (referentie)situatie. Dit in tegenstelling tot extern salderen, waarbij een veehouderij stikstofruimte van een ander bedrijf overneemt.
Voorbeeld van intern salderen*
Een melkveehouder heeft in 2016 een natuurvergunning gekregen voor 100 melkkoeien met een traditionele roostervloer. Hierbij is een activiteit met 100 maal 13 kg = 1.300 kg ammoniak vergund. De boer wil 150 melkkoeien gaan melken en is bereid daarvoor zijn ligboxenstal uit te breiden en te voorzien van een emissie arme vloer. De uitbreiding en een gedeelte van de bestaande stal zal worden voorzien van een emissiearme vloer met een emissiefactor van 6 kg ammoniak. Zijn uitstoot blijft onder de referentie van 1.300 kg ammoniak als in de beoogde situatie 93 koeien op een emissiearme vloer en 57 koeien traditioneel worden gehuisvest ((93*6)+(57*13)=1.299 kg ammoniak). Ondanks de uitbreiding in dieraantallen vindt er dan geen toename in uitstoot plaats.
*In dit voorbeeld worden niet alle factoren benoemd die de uiteindelijke uitstoot van een bedrijf bepalen. De afstand tot een Natura 2000-gebied en de hoogte van het emissiepunt spelen bijvoorbeeld ook een rol.
Robbert Groothuisadviseur Ruimtelijke Ordening en Milieu
Met de juridische zekerheid van een natuurvergunning slaap je als boer toch beter.
Wat betekent dit in de praktijk?
De uitspraak van de Raad van State heeft als gevolg dat in deze gevallen de provincie geen nieuwe natuurvergunningen meer kan verlenen. Zou je nog wel een vergunning willen aanvragen? Dan kan een provincie bij een ontvankelijke aanvraag alleen nog een zogenoemde ‘positieve weigering’ afgeven. Dit houdt in dat de aanvraag inhoudelijk is beoordeeld en de provincie heeft vast gesteld dat er geen negatieve effecten op Natura 2000-gebieden plaatsvinden; waardoor er dus geen vergunning nodig is.
De uitspraak lijkt in eerste instantie de procedures bij vergunningaanvragen te versoepelen, maar heeft zo ook een negatieve kant. Als je nu een grote investering wilt doen om bijvoorbeeld een nieuwe ligboxenstal met emissiearme vloer te realiseren; dan wil je ook de benodigde vergunningen voor deze stal hebben. Als met de huidige inzichten en berekeningen blijkt dat er sprake is van intern salderen; dan kan deze juridische zekerheid voor het onderdeel natuur niet worden gegeven. En zeker in de dynamische wereld van stikstof slaap je als boer toch beter met de juridische zekerheid van een natuurvergunning.
Bron: Agrifirm