Afgelopen voorjaar keken we met specialist Jos Groot Koerkamp van veredelaar Limagrain vooruit naar het maisseizoen. Nu, kort voor de oogst kijken we met hem naar de stand van het gewas en de verwachtingen voor wat betreft de opbrengst van de mais. Ook kijken we vooruit naar de mogelijkheden van vang- en/of rustgewassen.
“De mais gaat op veel percelen harder dan menigeen denkt”, aldus Groot Koerkamp tijdens het gesprek eind augustus. “Maar het kan enorm verschillen. Er is mais gezaaid rond 15 april, maar ook in juni nog. Op sommige plekken is net op het goede moment een bui gevallen, waar op andere plaatsen uiteindelijk beregend moest worden om de mais boven te krijgen.
Drogestofopbrengst en oogsttijdstip van de mais voorspellen
Groot Koerkamp baseert zijn voorspelling aan de hand van Agrility, de digitale tool van Limagrain. Daar waar de mais het in juni zwaar had vanwege de droogte, kreeg het gewas tijdens de bloei en de kolfzetting ruim voldoende vocht. Dit uit zich in flinke kolven, dus een hoog kolfaandeel, maar minder massa. “Zestig procent kolfaandeel is mogelijk. Dat betekent ook een hoog drogestofgehalte. Dus goed hakselen en aanrijden blijft belangrijk om broei te voorkomen.”
Hoewel de mais er op verreweg de meeste plekken heel goed bij staat en het bijna niet mis kan gaan qua opbrengst, is de prijs best redelijk. Er is dan ook veel vraag omdat veel melkveehouders door de voorraad van vorig jaar heen zijn of bij wie het eind van de maiskuil in zicht is. “Daarbij komt ook nog eens dat er dit jaar 10.000 hectare mais minder is gezaaid. Dit als gevolg van de verplichting voor gewasrotatie binnen het 7e Actieprogramma Nitraat”, weet Groot Koerkamp.
Schade door vogelvraat wisselend
Afgelopen voorjaar stelde Groot Koerkamp dat vogelvraat sinds het wegvallen van Mesurol een groeiend probleem is. Dit seizoen en volgend seizoen kan Korit Pro nog worden ingezet om vraatschade door vogels te voorkomen, maar in 2025 is dit afgelopen. Voor de langere termijn lijken technische en managementmaatregelen het enige wapen hiertegen.
Eén van de maatregelen is toepassen van Starcover Force, een coating om het maiszaad die helpt om fosfaat vrij te maken uit de bodem zodat de plant snel een goede start kan maken. Dit in combinatie met productie van een vogelwerend gas. Voor telers die ondanks gebruik van Starcover Force toch met vogelvraat kampen, biedt Limagrain de Maisservice. Maiszaad dat door vogels is opgevreten, wordt door de veredelaar honderd procent vergoed met nieuw zaad.
Volgens Groot Koerkamp was er dit jaar niet extreem veel meer vogelvraat dan in andere jaren. “Dat kan komen doordat er op veel percelen later is gezaaid dan vorig jaar. Op het moment dat het zaad in de grond zat, hadden de vogels – vaak kraaien en roeken – weer een ander foerageergebied. Iets dieper zaaien helpt ook.”
Wat te doen na de mais?
Maistelers op zand- en lössgronden zijn, evenals telers in een drietal waterschapsgebieden op kleigrond, vanuit het 7e Actieprogramma Nitraat verplicht om na de mais een vanggewas te zaaien. Toegestane vanggewassen zijn bladkool, bladrammenas, gras, Japanse haver, triticale, wintergerst, winterrogge of tarwe. Het vanggewas moet tot minimaal 1 februari blijven staan.
Volgens Groot Koerkamp loont het ook bij een vanggewas om zorgvuldig te werk te gaan. “Ik weet, het is een verplichting en een verplichting is nooit leuk. Maar als het toch moet, doe het dan niet zo goedkoop mogelijk maar zo goed mogelijk. Een goed zaaibed is belangrijk. Voer een goede stoppelbewerking uit en doe de inzaai onder goede weersomstandigheden in combinatie met een goede zaaibedbereiding. Dan leg je een goede basis. Uiteindelijk wil je zo goed mogelijk die stikstof vastleggen. En als je bijvoorbeeld Italiaans raaigras als vanggewas neemt, dan kun je er in het voorjaar nog een snede vanaf halen. Veel veehouders kunnen die snede wel gebruiken.”
“Het is mogelijk om met een vanggewas van twee walletjes te eten, maar doe het met beleid.”
De teeltspecialist waarschuwt er wel voor dat deze extra snede vocht en stikstof voor de mais wegtrekt. “Ga daarom niet direct na het inkuilen aan de slag om de mais in de grond te krijgen, maar laat de grond even bijkomen. Zeker het vocht is belangrijk. Stikstof in toenemende mate ook. Mais heeft niet veel stikstof nodig, maar nu de gebruiksnormen steeds krapper worden, kan het op den duur gaan knijpen. Het is mogelijk om met een vanggewas van twee walletjes te eten, maar doe het met beleid.”
“Toekomst voor granen als rustgewas”
Geschikte rustgewassen zijn gras, granen of veldbonen. Vanuit het nieuwe GLB moeten maistelers één keer in de vier jaar een rustgewas zaaien, met ingang van 2027 zelfs eens in de drie jaar. Gras en graanachtigen hebben dus als voordeel dat ze zowel als vanggewas als als rustgewas kunnen dienen. Zo kan het rustgewas direct na de mais worden ingezaaid.
Groot Koerkamp ziet goede kansen voor graanachtigen als rustgewas. “Melkveehouders telen mais doorgaans op percelen die verder van huis liggen. Ga je daar gras of Italiaans raai inzaaien, dan moet je het hele jaar rijden met gras. Zeker met de huidige graanprijzen wordt het dan interessant om wintertarwe of wintergerst te verbouwen. Dit is een vang- en een rustgewas en een vrij eenvoudige teelt. Het graan kun je inzetten in het eigen rantsoen of verkopen. Het afgelopen jaar zijn er ook veel veldbonen gezaaid. Dankzij subsidie is dit rendabel, maar opbrengsten kunnen variëren en de teelt vraagt enig specialisme.”
Tekst: Gerben Hofman
Dit artikel stond in vakblad Melkveebedrijf. Wil je het hele artikel lezen? Of de mooiste artikelen en reportages thuis op de mat?
Met een abonnement op vakblad Melkveebedrijf ontvang je elf keer per jaar het laatste nieuws. Iedere editie heeft een nieuw, toepasselijk thema wat aansluit op de huidige praktijk. De uitgebreide bedrijfsreportages geven daarnaast een goed beeld van de sector. In deze reportages maak je kennis met ervaringen, toekomstvisies, vakmanschap en management van mede-melkveehouders.
Shop hiernaast direct een jaarabonnement of ga naar melkveebedrijf.nl/abonneren voor alle mogelijkheden.
Melkveebedrijf.nl is een uitgave van Prosu.