Het grootste deel van de melkveehouders in Nederland werkt met een krachtvoerautomaat en/of melkrobot. De krachtvoercomputer zorgt ervoor dat iedere koe de juiste portie krachtvoer krijgt. De voorwaarde is wel dat alle instellingen correct staan ingesteld, want op elk bedrijf is de situatie anders.
Komt iedere kilo voer op de juiste plek terecht?
Voerefficiëntie is een belangrijk kengetal. Hoe efficiënt iedere kilo voer wordt omgezet in melk is bepalend voor het voersaldo en jouw bedrijfsresultaat. Daarvoor is het belangrijk dat iedere kilo krachtvoer op de juiste plek terecht komt. Een simpele instelling als doseersnelheid kan hier al ruis op de lijn geven. De doseer-snelheid staat meestal ingesteld op 350 of 450 gram per minuut.
Wat de juiste instelling is, is afhankelijk van de situatie. In melkrobots willen we nog wel eens hoger gaan in doseersnelheid. 450 gram per minuut gaat prima als er een hekje achter de krachtvoerbox zit. Heb je geen hekje achter de box? Dan is 450 gram per minuut waarschijnlijk te hoog. Een vaars kan dan uit de voerbox gezet worden door een koe die hoger in rang zit. Op het scherm lijkt die vaars dan haar voer op te nemen, maar in de praktijk komt dat voer niet bij haar terecht.
Managementsystemen
Vaak wordt de krachtvoercomputer aangestuurd door een managementsysteem. Dan kun je in dat managementsysteem alle instellingen goed hebben staan, maar die moeten dan wel overeenkomen met de instellingen in de krachtvoercomputer zelf. Bijvoorbeeld als het gaat om de limiet van maximale hoeveelheid krachtvoer per keer.
In het verleden lagen krachtvoergiften lager dan nu. De maximale opname per koe per dag stond dan bijvoorbeeld ingesteld op 10 kilo. Vanaf begin jaren negentig kwamen er managementprogramma’s op de computer, zoals Agrovision of UniformAgri, en wordt er via die programma’s gevoerd. Als destijds die maximale voergift per koe per dag niet is aangepast in de krachtvoerbox, en de feitelijke voeropname wordt niet uitgelezen, dan is het lastig achterhalen waarom die koeien niet genoeg melk willen geven. Het blijft dus altijd belangrijk om de voeropname goed te controleren.
De krachtvoercomputer kalibreren
Als je de gemiddelde melkveehouder vraagt: “Wanneer zijn je krachtvoerboxen voor het laatst gekalibreerd?’’ Dan is het antwoord in meer dan 80 procent van de gevallen: “Ja, toen ze geïnstalleerd werden.” Nadat de testtransponders ergens onder in de la gevonden hebben, gaan adviseurs gewapend met een weegschaal en voerschep de krachtvoerboxen en de verschillende voersoorten langs. Hier kom je vaak grote verschillen tegen. Het soortelijk gewicht van de brokken is niet hetzelfde als twintig jaar geleden.
Ook tussen verschillende broksoorten zit verschil in soortelijk gewicht. Kalibreer de krachtvoercomputers iedere 3 maanden of bij een wisseling van krachtvoersoort. Zet de juiste waardes in de computer en houd bij of de gedoseerde hoeveelheid gelijk is aan de hoeveelheid die uit de silo komt. Check regelmatig of de hoeveelheid voer die je verbruikt ook overeenkomt met de hoeveelheid voer die volgens het rantsoen gevoerd wordt.
Weidegang
Let ook op als de koeien naar buiten gaan. Dan blijft de krachtvoeropname nog wel eens achter. Vaak moet je een weidestand aanzetten. Ook het wijzigen van winter- naar zomertijd en andersom moet in veel systemen aangepast worden, zodat de voeropname goed in het managementprogramma komt.
Hulp nodig?
Er zijn veel verschillende merken krachtvoercomputers op de markt. Ieder merk heeft haar eigen manier van werken. Al die merken komen ook steeds weer met een nieuwe versie met meer mogelijkheden. Of je nu nog een oude Manus of een Codatron toetsenkast gebruikt, of een modern systeem gekoppeld aan een managementprogramma of melkrobot, onze rundveespecialisten hebben de juiste tools in handen om je te helpen.
7 praktische tips om meer uit je krachtvoercomputer te halen
- Kalibreer elke drie maanden of bij nieuwe voersoort
- Controleer dagelijks de krachtvoeropname
- Switch tijdig tussen zomer- en winterstand
- Stel de juistedoseersnelheid in
- Zorg voor voldoende voerboxen voor je koppel
- Gebruik een melkvoertabel
- Controleer de koppeling tussen management- en voerprogramma