Om maximaal profijt te hebben van de vastgelegde stikstof is het zaak het vanggewas, dat mogelijk nog op de aankomende maispercelen staat, zo snel mogelijk te vernietigen. Elke dag extra betekent extra tijd voor vertering en daarmee extra vrijkomende stikstof. In een jaar met lage N-mineraalgehalten en tot nu toe veel koude dagen en nachten is elke kilo stikstof extra straks meegenomen.
Veehouders op zand- en lössgrond hebben afgelopen najaar na de maïsoogst verplicht een vanggewas in moeten zaaien. Het is nú de kunst maximaal te profiteren van de extra stikstof die dit gaat opleveren, zeker als er weer maïs volgt op het perceel. Waarschijnlijk hebben een aantal de vorstomstandigheden van de afgelopen periode al benut om het vanggewas mechanisch te vernietigen, anders is het advies om dit op zeer korte termijn te doen. Wordt mechanisch lastig, dan is chemisch nog een optie.
Verteringsproces kost maanden
Het telen van een vanggewas heeft, ondanks de verplichting, vanuit landbouwkundig oogpunt zeker een meerwaarde. Het is goed voor de bodemvruchtbaarheid (organische stof) en het geeft ook echt extra N in de bouwvoor van het nieuwe teeltjaar. De kunst is om alle in het vanggewas opgeslagen stikstof ook daadwerkelijk te benutten. Op die manier creëer je wat meer ruimte voor N uit dierlijke mest en kunstmest voor je graspercelen of andere gewassen als bijvoorbeeld voederbieten. Nevenstaande grafiek laat een extra ruimte zien van gemiddeld zo’n 25-50 kg N/ha.
Stikstof uit het vanggewas komt pas vrij als het vanggewas daadwerkelijk verteert. Dit duurt enkele maanden. Aangezien snijmaïs maar vanaf kiemen tot de tweede helft van juli stikstof opneemt, moet het vanggewas tijdig volledig verteerd zijn om alle stikstof beschikbaar te kunnen stellen. Elke week extra nu is er één. Om een optimale vertering te bereiken is het bij mechanische vernietiging belangrijk dat het vanggewas over de volledige oppervlakte wordt losgesneden en goed wordt gemengd in de bovenste bodemlaag. Wordt het vanggewas doodgespoten, zorg ook dan dat er een nabewerking volgt die het vanggewas goed verdeelt en niet in banen in de bouwvoor terecht laat komen.