Witte klaver, de motor van de biologische melkveehouderij, zorgt voor een belangrijk deel voor de stikstofvoorziening in beweide, blijvende graslanden. Zonder witte klaver blijft de productie van die graslanden behoorlijk achter. Maar een perceel met een goed grasklaver mengsel in stand houden, is in de praktijk moeilijker dan op papier. De ene veehouder ziet zijn aandeel klaver snel teruglopen, terwijl de ander het lastig vindt om het aandeel klaver onder controle te houden. Kiezen voor een ras met eigenschappen die passen bij het bedrijf is daarom belangrijk, omdat er grote verschillen zitten in de mate waarin klaverrassen kunnen concurreren met gras.
In 2016 en 2019 zijn rassenproeven gezaaid met rassen van witte klaver in een mengsel met gras, waaronder een proef bij een biologische veehouder in Drenthe. De klaver overleefde helaas de droge zomer van 2018 niet. Met de resultaten van genoemde rassenproeven en andere proeven is de tabel in de nieuwste rassenlijst Veehouderij vernieuwd. Zie de website rassenlijst.info.
De tabel in de Rassenlijst voor witte klaver was 20 jaar oud en ondertussen zijn wel nieuwe rassen ontwikkeld en op de markt gebracht.
Belangrijke eigenschappen
Er is een aantal eigenschappen waarmee een witte klaverras zich kan onderscheiden van andere rassen. Denk aan de gezamenlijke grasklaveropbrengst, standvastigheid, concurrentievermogen en bewortelingseigenschappen.
Qua gezamenlijke grasklaveropbrengst lijken er op de nieuwe rassenlijst geen grote verschillen te zitten tussen rassen. Er is uiteraard een positieve correlatie tussen het aandeel klaver en de jaaropbrengst, waarbij de opbrengst van de eerste snede minder kan zijn bij een te groot aandeel klaver.
Bij het kenmerk standvastigheid is bekend dat oudere, grootbladige witte klaverrassen, zoals Aran, een minder goede standvastigheid hebben. De nieuwe grootbladige rassen lijken standvastiger, maar de proeven hebben wellicht niet lang genoeg gelegen om de standvastigheid goed vast te stellen.
Voor het concurrentievermogen is het belangrijk om de ervaring van verschillende percelen mee te nemen in de keuze voor het ras. Zoals genoemd heeft de ene veehouder moeite om zijn klaver in het perceel te houden, terwijl de ander het lastig vindt om ervoor te zorgen dat het niet te veel wordt. Bij problemen om klaver in het bestand te houden kan een veehouder beter kiezen voor een klaver met een hoog concurrentievermogen. Deze zijn beter in staat zich te handhaven in een perceel. Mocht je juist last hebben van te veel klaver dan kun je beter kiezen voor een klaverras dat een wat lager concurrentievermogen heeft om er zo voor te zorgen dat het niet de overhand krijgt.
Beworteling
Daarnaast is binnen de PPS Ruwvoer, Bodem en Kringlooplandbouw onderzoek gedaan naar bewortelingseigenschappen van de klaverrassen in deze rassenproeven. Het concurrentievermogen van witte klaver wordt vooral bepaald door het vermogen om zichzelf te blijven vernieuwen in een perceel. Witte klaver is namelijk een plant die zichzelf voortdurend moet vernieuwen om zichzelf in stand te houden. In de beginfase heeft witte klaver een penwortel die ervoor zorgt dat de klaver in stand blijft. Na één tot anderhalf jaar verdwijnt die penwortel. Dan is de witte klaver totaal afhankelijk van zijn bovengrondse uitlopers (stolonen). Deze groeien aan de plantkant aan en sterven bij het topje af. De overgangsfase van een witte klaver met penwortel naar een witte klaver die volledig afhankelijk is van zijn stolonen komt uit de literatuur naar voren als een belangrijk omschakelpunt.
Een succesvolle witte klaver is in staat om op de uitlopers voldoende nieuwe wortels te maken zodat deze zich kan vestigen op een nieuwe plek. De mate waarin dit succesvol is, wordt bepaald door de genen van het ras, maar ook door omgevingsfactoren. In een droog jaar met een harde bodem kan de witte klaver minder nieuwe wortels vormen die diep genoeg kunnen gaan om zich goed te vestigen. In de praktijk zorgde dit ervoor dat in de droge jaren (2018-2020) het aandeel witte klaver sterk terugliep, terwijl het aandeel witte klaver in 2021 soms een bijzonder herstel vertoonde.
Uit onderzoek in het verleden blijkt dat rassen met een groot blad minder stolonen vormen dan rassen met een kleine bladgrootte. Dit lijkt de reden te zijn voor de observatie dat oude grootbladige rassen niet goed in staat waren om zich in stand te houden in mengsels met gras. De nieuwe grootbladige rassen lijken deze problemen minder te hebben, al moet dit ook nog blijken op de lange termijn. Hierover zijn ook data verzameld de afgelopen twee jaar, die we nog moeten analyseren.
Met de informatie van de nieuwe rassen kan een veehouder witte klaver rassen kiezen passend bij zijn bedrijf. Vaak kiest men niet bewust voor een bepaald ras witte klaver, terwijl ook uit deze proeven blijkt dat er grote verschillen zitten in de mate waarin klaverrassen de concurrentie met het gras aankunnen.
Bron: WUR