Het agrarisch natuurbeheer in Overijssel is georganiseerd door drie agrarische Collectieven. De boeren die aan agrarisch natuurbeheer doen, zijn verenigd in deze Collectieven. Deze boeren voeren niet alleen weidevogelbeheer uit, ze zorgen er samen met de Collectieven ook voor dat het leefgebied van de weidevogels verbetert. Dit betekent bijvoorbeeld dat er natte gebieden zijn gecreëerd in de vorm van plasdras en hoogwaterpeil en dat kruidenrijk grasland is ontwikkeld.
Vernatting is voor het leefgebied van weidevogels van het grootste belang: de zachte bodem zorgt ervoor dat het voedsel, zoals regenwormen, voor de weidevogels beter bereikbaar is. De natte bodem zorgt daarnaast voor een open vegetatie, waarin de kuikens zich makkelijk kunnen verplaatsen om naar voedsel te zoeken. Om deze vernatting mogelijk te maken, zijn voor weidevogelbeheer onder andere plasdrassen gerealiseerd. Bij een plasdras is plaatselijk water op het land gepompt.
Subsidie voor plasdrassen
In Overijssel is subsidie verkregen voor de aanleg van bijna 100 nieuwe plasdrassen, waarvan vele inmiddels zijn gerealiseerd. In bepaalde gevallen betekent dit dat er inrichtingsmaatregelen plaatsvinden, bijvoorbeeld door oevers af te schuinen of de toplaag te frezen. Daarnaast hoort bij elke plasdras een pomp (in nagenoeg alle gevallen met zonnepanelen), die ervoor zorgt dat het water in de plasdras gepompt is. De plasdrassen zijn aangelegd in negentien weidevogelgebieden verspreid over de provincie.
In enkele van deze gebieden is hoogwaterpeil gerealiseerd, wat betekent dat het peil in de sloten hoger is dan het omringende waterpeil. Om de vernatting zo optimaal mogelijk te maken zijn hiervoor waar nodig oevers afgeschuind en greppels gefreesd. Hoogwaterpeil omvat vaak meerdere percelen, waardoor er op enkele locaties met buizenstelsels en stuwen gewerkt is.
Kruidenrijk grasland
Niet alleen vernatting is van belang, ook kruidenrijk grasland zorgt voor voedsel voor de weidevogelkuikens, doordat de kruiden insecten aantrekken. Binnen deze projecten zijn verschillende percelen ingezaaid met zaaimengsels voor kruidenrijk grasland. De gebruikte zaaimengsels zijn speciaal voor weidevogelkuikens ontwikkeld, met soorten kruiden die een open en insectenrijke vegetatie bieden.
Rasteren
Om te voorkomen dat vossen bij de weidevogelnesten kunnen komen, zijn er vele kilometers raster aangeschaft, waarmee bijvoorbeeld plasdrassen of andere percelen met veel broedende weidevogels uitgerasterd kunnen worden. Ook zijn speciale rasters toegepast om afzonderlijke nesten uit te rasteren. Dit wordt vooral bij wulpen ingezet en verhoogt het uitkomstsucces van de nesten. Tot slot zijn er zeven weidevogeldrones aangeschaft. Waarmee nesten en kuikens opgespoord kunnen worden om ze zo nog beter te kunnen beschermen.
Bron: Collectief Noord-West Overijssel