Mestoverschot op de boerderij kan worden getransporteerd naar andere boeren, hoofdzakelijk akkerbouwers. In Nederland hebben met name varkenshouderijen en pluimveebedrijven te maken met mestoverschotten, omdat ze gewoonlijk minder land hebben.
Transport is duur. Het verminderen van het watergehalte vergroot de mogelijke transportafstand. De afstand hangt ook ervan af of akkerbouwers bereid zijn om voor het product te betalen (of het van toegevoegde waarde is). Voor langere afstanden en de export is een zo groot mogelijke vermindering van het watergehalte het meest kosteneffectief. Daarnaast moet de geëxporteerde mest voldoen aan de gezondheidsvoorschriften voor dierlijke bijproducten (Verordening (EG) nr. 1069/2009) om veterinaire gezondheidsrisico’s te verminderen.