Na twee jaar van prijsmalaise is 2017 gekenmerkt door hoge melk- en zuivelprijzen. De consumentenprijsindex heeft in november en december 2017 een recordhoogte van 117 punten bereikt.
Het prijsniveau ligt daarmee 8% boven eind 2016. Met rond de 130 punten (2010 = 100) aan het eind van het jaar staat de prijsindex af boerderij even hoog als in oktober 2014, aan het einde van de voorgaande periode van de hoge prijzen. De producentenprijsindex (PPI) is in december geëindigd op 118 punten na een recordhoogte van 122 punten in september.
Prijzen af boerderij en van zuivelindustrie
Na een periode van stijging is de prijsindex af boerderij geëindigd op 129 punten (2010 = 100) in december, één punt lager dan de maand ervoor. Deze ontwikkeling past in het seizoenspatroon in de wintermaanden. De producentenprijsindex (PPI) is in december geëindigd op 118 punten. De prijsindex af boerderij lag in 2017 op gemiddeld 119 punten, 23 punten hoger dan het jaar ervoor en 17 punten hoger dan in 2015. Vanaf het laagste niveau van 108 punten in januari is de prijs af boerderij gedurende het hele jaar gestegen naar 130 punten in oktober en november.
Het maximale niveau van de prijs af boerderij is daarmee net zo hoog als in oktober 2014, aan het einde van de voorgaande periode van de hoge zuivelprijzen. Het gemiddelde niveau van de PPI is 118 punten over het jaar 2017, wat 18 punten hoger (7%) dan in 2016 en 9 punten hoger dan in 2015. Vanaf 112 punten in januari is de PPI doorgestegen naar een record van 122 punten in september. Alleen in januari 2014 stond de PPI bijna net zo hoog.
De pieken in zuivelprijzen eind 2013-2014 werden bepaald door prijsstijgingen van kaas, boter en melkpoeder en door de achterblijvende melkproductie in de wereld. In de loop van 2014 groeide de aangeboden hoeveelheid melk wereldwijd tot een relatief hoog niveau. In Nederland heeft de afschaffing van de melkquotering in 2015 tot meer melkproductie geleid. Tegelijkertijd haperde de afzet van zuivel, mede door de boycot van zuivelproducten uit de EU door Rusland en de achterblijvende Chinese vraag. Dit heeft een grote impact gehad op melkprijs voor boeren en industrie. Door de seizoensgebonden hoge aanvoer van melk is de daling in rauwe melkprijzen in de eerste helft van 2016 versterkt. Vanaf de tweede helft van 2016 is de marktsituatie gekanteld.
De snel aantrekkende vraag naar zuivel op de Aziatische markten hebben de prijzen snel omhooggedreven. In de loop van 2017 was de stijging van de mondiale vraag groter dan het aanbod. De verwachting in de Europese Unie is, aansluitend op OECD en FAO (Agriculture Outlook), dat de zuivelmarkt in de komende jaren zal groeien, waarbij de EU naar verwachting bijna 30% van de toenemende wereldvraag voor haar rekening zal nemen. Maar op korte termijn zit de Europese Unie met een grote hoeveelheid melkpoeder in de interventie, en het is onduidelijk wanneer en hoe deze op de markt wordt gebracht. Hierdoor is er onzekerheid over hoe de Nederlandse zuivelmarkt zich in 2018 gaat ontwikkelen.
Consumentenprijzen
De consumentenprijsindex (CPI) is in november en december 2017 geëindigd op de recordhoogte van 117 punten. Ook voor de consumenten wordt 2017 gekenmerkt door een aaneenschakeling van zuivelprijsstijgingen. Vanaf 2017 heeft de CPI iedere maand een nieuwe recordhoogte bereikt. Gemiddeld lag de prijsindex 7 punten hoger dan in 2016 en 4 punten hoger dan in 2015. De stijging van de CPI van zuivel werd in de eerste helft van 2017 vooral beïnvloed door de ontwikkeling van de prijzen van verse melk. Deze prijzen stegen bijzonder fors tussen oktober 2016 en april 2017 (+26%). In het jaar 2017 zijn vooral kaas en kwark in prijs gestegen (+10%). Maar ook de prijzen van verse melk (+5%), houdbare melk en yoghurt (beide +4%) en overig zuivel (+8%) liepen op.
Keten
Het merendeel van de zuivelproducten wordt door consumenten in het supermarktkanaal gekocht. Supermarkten kopen melk en zuivelproducten van de zuivelindustrie, die daarnaast ook een aanzienlijk deel exporteert. De industrie wordt volledig beleverd door de Nederlandse melkveehouders. Er vindt nauwelijks import van rauwe melk plaats.
Toelichting op drie niveaus
Driekwart van de zuivelproducten wordt via de retail verkocht en een kwart via de horeca en andere kanalen. Het totaal aan bestedingen aan zuivel in alle verkoopkanalen voor voedsel in Nederland wordt geraamd op ruim 5,2 miljard euro in 2016.
In 2016 telde de Nederlandse zuivelindustrie 25 ondernemingen die in totaal 53 productielocaties hebben met een capaciteit groter dan 10 miljoen kg. Ongeveer 90% van de gecollecteerde melk wordt verwerkt door coöperaties. Het overgrote deel van de rauwe melk wordt verwerkt in kaas (55%) en melkpoeder (14%). Ruim 7% rauwe melk gaat naar consumptiemelk(producten). De sector is internationaal georiënteerd: saldo handelsbalans bedraagt 51,8 miljard euro, of circa 60% van de productiewaarde van de Nederlandse zuivelsector. Ruim 70% derde van de export is bestemd voor markten in de EU.
Er zijn in Nederland ongeveer 17.500 bedrijven met melkvee, die gezamenlijk ruim 14,5 miljard kg melk produceren. Nagenoeg alle melk wordt afgeleverd aan de zuivelindustrie; een relatief klein deel wordt achtergehouden op boerderijen en daar verwerkt (circa 170 miljoen kg). De omvang van de productie is tot april 2015 beperkt geweest door de quotering in het kader van het EU-zuivelbeleid. Per 1 april 2015 zijn de quota komen te vervallen. De prijsondersteuning vanuit het Europees landbouwbeleid is al eerder grotendeels vervangen door directe betalingen.
Prijsvorming
In de zomermaanden is er een groter aanbod van melk dan in de wintermaanden. Met toeslagen en heffingen worden boeren aangemoedigd om meer in de winter te leveren. De prijs die de melkveehouder ontvangt, bestaat uit een aantal componenten. In het geval van FrieslandCampina is het een garantieprijs, de jaarlijkse prestatietoeslag en de uitgifte van ledenobligaties-vast. Melkveehouders die niet aangesloten zijn bij een coöperatie, leveren melk op basis van contracten met de particuliere zuivelindustrie. Zuivelondernemingen en supermarkten spreken in bilaterale contractonderhandelingen de voorwaarden en de prijs van leveringen af, onder eigen merk of het huismerk.