In de winter, als de temperaturen dalen tot op of onder het vriespunt, is het opletten geblazen met je melkrobot. De vrieskou kan problemen geven en dus is het zaak om goed voorbereid te zijn.
Uiteraard is het belangrijk om de omgeving van de robot vorstvrij te houden. Zo voorkom je dat bepaalde onderdelen kunnen bevriezen. Controleer of de afvoerslang van de compressor voldoende vocht afvoert en niet verstopt raakt door bevroren condens. Ook raden we aan de externe reiniging van de robot (arm/laser/camera’s) ‘s nachts uit te schakelen, of om antivries toe te voegen.
Als extra maatregel kun je een korte-golf infraroodkachel in de buurt plaatsen om ervoor te zorgen dat de robot goed blijft functioneren. De jetters en de weegvloer kunnen ook bevriezen, dus zorg dat deze worden meeverwarmd. Wat ook kan helpen, is de vloerreiniging uitzetten.
Naast dit alles is het belangrijk om de activiteit van de koeien met de melkrobot te blijven monitoren. Als het water te koud is en de koeien minder drinken, zullen ze waarschijnlijk minder vreten en dus minder melk produceren.
Zorg er dus voor dat ze voldoende voer binnenkrijgen, bijvoorbeeld door dit vaker uit te doseren en, indien nodig, het drinkwater te verwarmen. Als het water warmer is, zullen de koeien meer drinken en voorkom je dat de leidingen bevriezen. Blijf ook alert als je je melkveestapel vorstgevoelige producten voert, zoals aardappelvezels. Mocht zo’n product ook echt bevriezen, geef het dan nooit aan je koeien, aangezien dit pensproblemen kan veroorzaken. Let er wel op dat je je porties aanpast als een bepaald product tijdelijk niet beschikbaar is.
Laat de melkrobot(s) optimaal voor je werken
Als melkveehouder wil je zo efficient mogelijk produceren en wil je je investeringen zo snel mogelijk terugverdienen. Wanneer het gaat om robotmelken is het belangrijk dat de meeropbrengsten of arbeidskostenbesparingen de investeringen en meerkosten van onderhoud en energie van de robot meer dan voldoende compenseren.