In het derde kwartaal van 2019 is de EU-melkproductie met 0,8% (309 mln. kg) gestegen ten opzichte van vorig jaar. Deze groei komt grotendeels door lage referentiemaanden in 2018.
Hiermee komt de groei over de eerste negen maanden van dit jaar uit op +0,5% (570 mln. kg). De grootste volumegroei werd genoteerd in Ierland (512 mln. kg of 8,0%), gevolgd door het Verenigd Koninkrijk (276 mln. kg of 2,4%) en Polen (179 mln. kg of 2,0%). Voor oktober verwacht de Rabobank een toename van circa 0,5%. Hiermee lijkt de totale melkproductie in het jaar 2019 rond 0,6% boven het niveau van 2018 te gaan eindigen.
Duitsland, Frankrijk, Ierland en Polen
In Duitsland en Frankrijk is de melkproductie over augustus en september met respectievelijk 0,8% (42 mln. kg) en 0,9% (33 mln. kg) gestegen ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Dit na een periode van 12 maanden met een voornamelijk dalende melkproductie. De Rabobank verwacht dat de melkproductie voor het jaar 2019 voor beide landen net beneden het niveau van 2018 zal blijven. Daarentegen heeft de groei in Ierland en Polen de afgelopen maanden zijn momentum verloren. De Rabobank verwacht dat de melkproductie in deze twee landen dit kalenderjaar respectievelijk 7,0% en 2,0% boven het volume van vorig jaar zal liggen.
Omstandigheden verbeteren langzaam
Een tweede droog groeiseizoen, lage ruwvoervoorraden en bodemvochttekorten vanuit vorig jaar hebben belangrijke melk producerende regio’s het hele seizoen parten gespeeld. Voerkosten zijn hierdoor opgelopen. Met het huidige niveau van de EU-melkprijzen betekent dit dat de druk op marges wel voelbaar is.
Neerslag richting het einde van de zomer heeft veel melkveebedrijven in Noordwest-Europa de mogelijkheid gegeven om hun ruwvoervoorraden nog aan te vullen met een goede snede gras in het begin van september.
Toch zal de beschikbaarheid van (ruw)voer een uitdaging blijven gedurende de wintermaanden. Daarnaast is de omvang van de melkveestapel in belangrijke melk producerende landen, zoals Duitsland en Frankijk, gedaald. Hierdoor blijft de groei van de melkproductie in de EU voorlopig bescheiden, ondanks het vooruitzicht op hogere melkprijzen in het aankomende kwartaal.
Vooruitkijkend naar 2020
De Rabobank verwacht een groei van de melkproductie van circa 0,7% voor het gehele jaar. Hierbij wordt uitgegaan van betere (weers)omstandigheden tijdens de start van groeiseizoen dan de afgelopen twee jaren het geval was en een positieve ontwikkeling in de marges in de eerste helft van het jaar.
EU-zuivelproductie januari – september 2019 t.o.v. januari – september 2018.
Verschil in % | |
Kaas | +0,6% |
Boter | +4,4% |
Magere melkpoeder | +0,8% |
Volle melkpoeder | +0,4% |
ZMB, 2019
EU-export fors gestegen
In het derde kwartaal bleef de exporttoename van EU-zuivelproducten fors. Vooral de exportgroei van boter (+75,2%) en kaas (11,1%) vallen op. Deze sterke groei komt ook deels doordat in de handel is geanticipeerd op de hogere Amerikaanse importtarieven die vanaf medio oktober gelden. De VS is voor de EU een belangrijk bestemmingsland voor kaas en (Ierse) boter. Ook de export van magere melkpoeder (+19,7%) bleef sterk. China is een belangrijke eindbestemming voor EU magere melkpoeder.
EU-zuivelexport juli – september 2019 t.o.v. juli – september 2018
Verschil in % | |
Kaas | +11,1% |
Boter | +19,7% |
Magere melkpoeder | +75,2% |
Volle melkpoeder | -1,0% |
Eurostat, 2019
Bron: Rabobank