Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) oordeelt dat het fosfaatreductieplan niet in strijd is met het eigendomsrecht. De zaak was aangespannen door melkveehouders. “Soms moeten we de rechter vragen te toetsen of het beleid voldoet aan wat we als sector en overheid er mee voor ogen hadden”, reageert LTO bestuurder Wil Meulenbroeks.
De melkveehouders die het College vroegen om een oordeel, hebben bezwaar tegen de heffingen die hen in het kader van het fosfaatreductieplan zijn opgelegd door het ministerie van Landbouw (LNV). CBb vindt dat compensatie alleen in beeld is als een veehouder 'in bijzondere mate' wordt getroffen vergeleken met de gemiddelde melkveehouder.
"We wilden niets afpakken van de melkveehouders"
“We wilden niets afpakken van melkveehouders”, zegt Meulenbroeks. “Maar wel de mestproductie in de melkveehouderij regelen. Dat was een sectorbelang. We hebben in overleg met onze leden, de zuivelverwerkers en de overheid een plan gemaakt dat de pijn zo eerlijk mogelijk verdeelt en zo min mogelijk knelgevallen veroorzaakt. Je doet het dan nooit voor iedereen helemaal goed. Het gaat immers om verdelen van schaarste en dat is razend ingewikkeld en complex soms. Voor de melkveehouderij is het goed dat de rechter nu heeft geoordeeld dat het fosfaatreductieplan overeind kan blijven, omdat het voldoet aan de doelstelling van reguleren en geen onteigening is van eigendom.”
Bron: LTO