Eind maart kwam het bericht naar buiten dat de Mobilisation for the environment (MOB) de provincies Gelderland, Noord-Brabant, Overijssel en Limburg heeft verzocht tientallen natuurvergunningen voor veehouderijen in te trekken. Al eerder dienden milieuactivisten verzoeken tot intrekking vergunning van veehouderijen in te trekken.
Gelet op de werkwijze van dit soort groeperingen kan het zo maar zijn dat ook jouw vergunningen een keer onder het vergrootglas komen te liggen. Het is dan goed om te weten hoe te handelen.
Kan de provincie de vergunning zomaar intrekken?
Nee, gelukkig niet. Maar de wet geeft de provincie in sommige gevallen wel de mogelijkheid een vergunning in te trekken. Dat geldt bijvoorbeeld als je als vergunninghouder in strijd handelt met de vergunning, dat de vergunning in strijd met wettelijke voorschriften is verleend of de omstandigheden sinds de vergunningverlening zodanig zijn gewijzigd, dat de vergunning niet zou zijn verleend als die omstandigheden al bekend waren op het moment van vergunningverlening.
In bepaalde gevallen verplicht de wet zelfs de provincie de natuurvergunning in te trekken. Dat geldt bijvoorbeeld als de kwaliteit van de natuur in gevaar is en er geen andere maatregelen kunnen worden getroffen dan intrekking van die vergunning.
Argumenten die gebaseerd zijn op dit soort wettelijke bepalingen gebruikt de MOB om provincies te bewegen over te gaan tot intrekking. Als de provincie besluit niet in te trekken dan leggen ze dat besluit in een beroepsprocedure aan de rechter voor. De jurisprudentie die dan ontstaat zal mede bepalen welke ruimte de provincie heeft om al dan niet in te trekken.
Hoe verloopt de procedure?
Als door derden een verzoek wordt gedaan om jouw natuurvergunning in te trekken moet de provincie daar een besluit op nemen. Voordat de provincie dat doet moet jij als vergunninghouder in kennis worden gesteld van het feit dat een verzoek om intrekking is ingediend. Je krijgt dan de gelegenheid op zo’n verzoek te (laten) reageren en daar zienswijzen op in te dienen. Dus nog voordat er ook maar iets van een besluit ligt heb je al de mogelijkheid invloed uit te oefenen. Maak gebruik van die mogelijkheden. Dat kun je zelf doen, maar beter is het nog dat te laten doen. Als je in een vroeg stadium de juiste juridische argumenten gebruikt kun je mogelijk voorkomen, dat een besluit wordt genomen waardoor je bedrijfsvoering wordt benadeeld. Daarmee voorkom je mogelijk ook een gang naar de rechter verderop in de procedure.
Afwijzing verzoek om intrekking vergunning
Na ontvangst van de zienswijzen zal de provincie besluiten al dan niet tot intrekking over te gaan. Als ze niet tot intrekking over gaan is de kans groot dat de MOB daar een beroepsprocedure tegen start bij de rechtbank. De provincie staat in zo’n procedure aan de lat om het besluit dat ze hebben genomen te verdedigen. Als het om jouw vergunning gaat is het echter wel van belang om aan zo’n geding deel te nemen als derde belanghebbende. Vaak kun je waardevolle argumenten toevoegen in zo’n procedure, zeker als het gaat om praktische veehouderij vraagstukken maar vaak ook als het gaat om juridische argumenten. Na uitspraak in beroep kunnen partijen ook nog in hoger beroep gaan bij de Raad van State. Ook daar geldt dat het van belang is om je als vergunninghouder aan te sluiten in de procedure.
Toewijzing verzoek om intrekking vergunning
Als de provincie wel besluit tot intrekking over te gaan, zullen ze dat de verzoeker meedelen en zal de intrekkingsprocedure worden gestart. Die begint met de bekendmaking van een ontwerpbesluit waarin eigenlijk het voornemen om tot (gedeeltelijke) intrekking over te gaan wordt meegedeeld aan belanghebbenden. Daarop kunnen gedurende 6 weken zienswijzen worden ingediend. Met in achtneming van die zienswijzen wordt vervolgens een besluit tot intrekking genomen. De zienswijzen kunnen overigens ook nog aanleiding zijn niet tot intrekking over te gaan. Ook in dat geval is het dus van belang om goed beslagen ten ijs te komen. Het besluit kan vervolgens weer in een beroepsprocedure aan de rechter worden voorgelegd en in hoger beroep bij de Raad van State.
Wat kun je nu doen?
Zorg in de eerste plaats dat je vergunningen op orde zijn. Als dat niet zo is sta je altijd met 1-0 achter in dergelijke procedures. In de tweede plaats is het het overwegen waard een ‘oorlogskas’ aan te leggen voor dit soort situaties. Het inschakelen van juridische bijstand is kostbaar, maar omdat er veel van afhangt wel noodzakelijk. Overigens kun je zo’n oorlogskas ook aanleggen in de vorm van het afsluiten van een rechtsbijstandsverzekering. Over het algemeen dekt een rechtsbijstandsverzekering de kosten voor juridische bijstand in een intrekkingsprocedure.
Bron: Agrifirm