Het vertrouwen van melkveehouders is in het derde kwartaal van 2023 iets afgenomen en bedraagt circa 4,5 punten en ligt hiermee onder het langjarig gemiddelde van 12 punten.
De stemmingsindex, die in het eerste kwartaal al flink was gedaald, daalt in het derde kwartaal nog sterker; de indicator over de verwachting voor de middellange termijn herstelde zich in het tweede kwartaal; dit herstel zet zich in het derde kwartaal voort. De tegengestelde ontwikkeling van beide indexen zorgt ervoor dat ze gecombineerd met 1 procentpunt dalen. Ze vormen samen de Agro Vertrouwensindex.
Het vertrouwen van de melkveehouders ligt maar iets onder het landelijk gemiddelde. De intensieve veehouderij en de opengrondtuinbouw scoren gunstiger maar de akkerbouw en glastuinbouw scoren ongunstiger. De melkveehouderij scoort wel het laagst bij de stemmingsindex. Bij de verwachting voor de middellange termijn is het beeld vergelijkbaar met de vertrouwensindex maar scoort de melkveehouderij nog wel beter dan het landelijk gemiddelde.
Stemmingsindex van melkveehouders
De stemmingsindex is in het derde kwartaal van 2023 sterk gedaald en hiermee is de daling (-12 punten) groter dan in beide kwartalen daarvoor (-9 punten). De stemmingsindex komt daarmee uit op ruim 16 punten en is hiermee het laagst in vergelijking met de andere sectoren en komt voor het eerst sinds lange tijd onder het landelijk gemiddelde uit. Gemiddeld over de periode 2013-2022 ligt deze index op 22 punten en het derde kwartaal ligt daar dus onder.
Hoewel dit niet is gevraagd aan de respondenten in deze enquête is de sterk gedaalde melkprijs volgens sectordeskundige Jakob Jager de belangrijkste reden voor deze pessimistische stemming. De melkprijs is over de eerste 5 maanden van 2023 sterk gedaald. In de zomer bleef de melkprijs weliswaar stabiel maar daalde in september en oktober verder. Ook de stijging van de hypotheekrente heeft een nadelige invloed op de stemming. Ondernemers die op het punt staan om een nieuwe renteperiode aan te gaan, kunnen vaak te maken krijgen met een flink hogere rente.
Toekomstverwachting vertrouwen van melkveehouders
Melkveehouders hebben, in tegenstelling tot de positieve maar wel gedaalde huidige situatie, een negatieve kijk op de verwachte economische bedrijfssituatie over 2 à 3 jaar. Maar deze negatieve kijk is wel minder negatief dan een kwartaal eerder. Lag de index in het tweede kwartaal op -13, het daaropvolgende kwartaal lag deze op -6 punten. Het langlopende gemiddelde voor deze sector is 4 punten; de huidige index ligt hier dus nog wel onder. Duidelijk is dat de stemming onder melkveehouders en de verwachtingen die ze hebben op de wat langere termijn voor hun bedrijf uit elkaar liggen. Dit is positief maar dalend voor de stemming en negatief maar stijgend voor de langetermijnverwachting.
Volgens de bovengenoemde sectordeskundige vindt dit zijn oorsprong in de onzekerheid die er is rondom de vermindering van de stikstofuitstoot door de agrarische sector. Welke bedrijven fors moeten reduceren of wellicht moeten verdwijnen via opkoop of zich via technische ontwikkeling moeten aanpassen om te mogen blijven, brengt veel onzekerheid en onvrede met zich mee. Ook het (versneld) afbouwen van de derogatie, doelen voor klimaat, waterkwaliteit (bufferstroken) en grondgebondenheid spelen hierin een belangrijke rol. Dit vertaalt zich rechtstreeks in een negatieve stemming voor de middellange termijn.
Val van het kabinet invloed op vertrouwen melkveehouders
Dat de verwachting iets minder negatief is geworden komt wellicht door het vallen van het kabinet waardoor grote ingrijpende veranderingen uitgesteld worden. Sommige partijen roepen dat de stikstofdoelen niet in 2030 hoeven te worden gehaald maar in 2035 (zoals in de wet staat). De samenstelling van het nieuwe kabinet bepaalt in sterke mate of er in de verdere toekomst grote veranderingen mogen worden verwacht maar het is denkbaar dat sommige melkveehouders hierdoor wat minder negatief zijn gestemd.
Conjunctuurindex in de laatste 12 maanden
De gedaalde melkprijs en de daaraan gekoppelde lagere winstverwachting zijn de redenen dat de ondernemers in het derde kwartaal van 2023 negatief terugkeken op de laatste 12 maanden. Een pluspuntje zijn de gedaalde kosten (voer en kunstmest) maar die worden nog wel als negatief ervaren.
Ook de productie werd lager beoordeeld en in combinatie met de lagere prijzen daalde de index van de omzet fors. De totale index is met -43 punten flink negatief en wijkt sterk af van het gemiddelde over de periode 2013-2022 (-9 punten).
Conjunctuurindex in de komende 12 maanden
De melkveehouders zijn minder negatief in hun verwachtingen voor de komende 12 maanden. De index nam bijna 21 punten toe ten opzichte van het tweede kwartaal van 2023. Door de gedaalde melkprijs in 2023 zijn de verwachtingen voor het komend jaar hieromtrent positiever. Dit geldt ook voor de omzet. Dit is in lijn met de stijgende zuivelnoteringen.
Waar men nog niet positiever over is, is de kostenontwikkeling. Per saldo is de index met -1 punt een stuk minder negatief dan gemiddeld over de periode 2013-2022 (-4 punten) en in vergelijking met 5 voorgaande kwartalen.
Lees ook: Verschillen in onderliggende sectoren houden het vertrouwen van landbouw in evenwicht
Bron: Agrimatie