Een koeienuier is goed bewapend om binnendringende bacteriën te bestrijden. Tenzij de koe niet genoeg weerstand heeft of de infectie te agressief is. Als reactie ontstaat er bij de koe een hoog celgetal, of erger nog, klinische mastitis. MSD dierenarts Pleun Penterman legt uit wat er precies gebeurt in de koeienuier en bij welke signalen veehouders het best in actie kunnen komen.
Wanneer de koe klinische mastitis krijgt heeft de afweer van de koe niet goed gewerkt. De leucocyten zijn bijvoorbeeld te laat ter plaatse, noemt Pleun als mogelijke oorzaak.
'Wellicht omdat de weerstand van de koe te laag is.' De bacterie kan zich dan agressief ontwikkelen, waardoor de toxinen veel weefselschade aanbrengt. De melk verandert. 'Dat is een duidelijk signaal van klinische mastitis', noemt Pleun. 'Dat is ook het signaal voor de veehouder om te gaan behandelen. Wanneer je hier te lang mee wacht wordt de schade nog groter.' Niet alleen de melk is afwijkend in kleur of door vlokken, de uier voelt warm en hard aan en is rood en gezwollen. 'Een duidelijke ontstekingsreactie.'
Het kan nog erger worden als ook de koe er last van krijgt. Ze geeft minder melk, vreet minder, is sloom en slap. 'In het allerergste geval wil ze ook niet meer overeind komen. Dan heb je het over een hele heftige mastitis waar de dierenarts bij moet komen.' Met het kennen en herkennen van de verschillende stadia van zo'n uierontsteking kunnen veehouders op het juiste moment in actie komen.
'Om erger te voorkomen. Hoe eerder een behandeling start, hoe sneller de koe geneest, hoe groter de kans op succes en hoe beperkter de schade.'