In heel Nederland worden momenteel diverse clusters opgericht van veehouders die gezamenlijk biogas uit monomestvergisting opwerken tot groen gas. “Dankzij de sterk gestegen SDE-subsidie is dit financieel zeer aantrekkelijk geworden”, meldt Jarco Brand, projectleider bij DLV Advies.
De Europese Unie eist dat aardgas moet worden bijgemengd met groen gas om de CO2-reductiedoelen te behalen. Om daarop te sturen, is de subsidie op de productie van groen gas dit voorjaar stevig opgeschroefd naar € 1,92 per kuub. Dat bedrag geldt voor een minimale periode van 12 jaar. “Voordat je het biogas vanuit een monomestvergister op het aardgasnet kunt leveren, moet het eerst worden opgewerkt tot aardgaskwaliteit. En het benodigde opwaardeerstation hiervoor is prijzig. Maar in een cluster van meerdere ondernemers kunnen de kosten hiervan worden gedeeld”, legt Jarco uit.
Hoe komen clusters bij monomestvergisting tot stand?
“Vaak begint het met een initiatiefnemer in een gebied, een melkveehouder die plannen ontwikkelt in die richting. Wij kunnen dan als DLV Advies een voorlichtingsbijeenkomst beleggen”, schetst Jarco. “Daarin leggen we uit hoe het werkt en laten we ook het verdienmodel zien.” Vervolgens brengen de adviseurs bij alle geïnteresseerde ondernemers een bedrijfsbezoek. Daarbij wordt in kaart gebracht welke stalaanpassingen en investeringen eventueel nodig zijn voor de installatie van een mestvergister.
Tekst gaat verder onder kader
Dagverse mest
Daarvoor is dagverse mest nodig, en nog liever uurverse mest. Dat vereist bijvoorbeeld een dichte vloer en zeer regelmatige afvoer van mest uit de stal. “Aan de hand van een mestmonster worden tevens de aannames in de rendementsberekening gecontroleerd”, geeft Jarco aan. “Immers, het rantsoen van de koeien is mede bepalend voor het rendement van de vergister. Vaak geldt: hoe hoger de productie van de koeien, hoe energierijker het rantsoen en hoe hoger het rendement aan biogas.”
Centraal opwaardeerstation
“Elke melkveehouder vergist in een cluster z’n eigen mest. Het biogas gaat via een leiding langs de diverse deelnemers, uiteindelijk naar een centraal opwaardeerstation. Dat komt doorgaans op het erf van de melkveehouder die het dichtst bij een geschikte gasleiding zit”, legt Jarco uit.
SDE-subsidie voor (clusters in) monomestvergisting
Hoewel de SDE-subsidie wordt afgegeven voor 12 jaar, streeft DLV Advies voor een positieve businesscase naar een terugverdientijd van 6 jaar of korter. “Je weet immers nooit hoe het overheidsbeleid verandert op langere termijn.” Als de adviseur van DLV Advies bij elke potentiële deelnemer de mogelijkheden voor deelname aan een cluster in kaart heeft gebracht, wordt de balans opgemaakt. Wie wil er daadwerkelijk mee verder? “Dan krijgen we ook de kosten voor de clustervorming in beeld. Als die gunstig uitpakken, en we kunnen het opgewaardeerde gas kwijt op het aardgasnet, dan staan de seinen op groen en kunnen we de vergunningaanvragen in gang gaan zetten.”
Het voordeel van samenwerking in een cluster is niet alleen dat je de kosten deelt. Het biedt tevens de mogelijkheid om de financiële en technische administratie van de biogasleverantie onder te brengen bij een externe partij. “Want ook zakelijk komt er nog een en ander bij kijken. Het is echt een extra tak erbij”, zo weet Jarco.
Bron: DLV Advies