Een melkveehouder die iets wil gaan bouwen moet voortaan een stikstofberekening aan de gemeente aanleveren. Deze eis wordt sinds eind september gesteld toen oud-minister Remkes met zijn stikstofrapport naar buiten trad. Zo’n stikstofberekening geldt niet alleen bij stalbouw, ook bij de bouw van een loods of een woning wordt zo’n rapportage verwacht.
‘Niet alles kan’, zo luidde de titel van het eerste adviesrapport van het Adviescollege Stikstofproblematiek. Het was een wake-up call voor veel bestuurders en ambtenaren die schrokken van de inhoud van het rapport. Want naast de landbouw bleken ook de bouwwereld en de wegenbouw hard getroffen door de uitspraak van de Raad van State inzake stikstof. In de maanden en jaren vóór deze uitspraak werd er vanuit gegaan dat de bouw van relatief kleine projecten onder de grenswaarde blijft van 0,05 mol depositie. Een stikstofrapportage werd alleen voor grote projecten gevraagd. Maar nu de Raad van State de drempelwaarde van 0,05 mol heeft verworpen is een bouwproject alleen vergunningsvrij voor de Wet natuurbeheer als de berekende stikstofdepositie op 0,00 mol uitkomt. Dit is afgerond het geval voor deposities lager dan 0,005 mol.
Stikstof tijdens de bouwperiode
Elk bouwproject veroorzaakt stikstofemissie. Dit is het gevolg van het gebruik van brandstof aangedreven machines tijdens de bouw. Graafmachines, shovels, kranen en betonpompen gebruiken diesel wat stikstofoxide oplevert. Daarbij geldt dat hoe ouder en zwaarder de machines zijn, hoe meer uitstoot er plaatsvindt. Naast de te gebruiken machines zijn er verkeersbewegingen van en naar de bouwplaats. Hierbij moet in beeld gebracht worden hoe vaak dit plaatsvindt, voor licht, middelzwaar en zwaar vrachtverkeer. Als alle gegevens op juiste wijze in het computermodel Aerius zijn ingevoerd blijkt hoeveel stikstofemissie er in totaal plaatsvindt. Ook blijkt hoeveel mol stikstofdepositie er op de dichtstbijzijnde natuurgebieden optreedt. Hoe verder het natuurgebied van de bouwlocatie afligt, hoe lager de depositie. Een bouwproject met veel machinegebruik en dicht bij een natuurgebied loopt het meeste risico om boven de drempelwaarde uit te komen en een provinciale natuurvergunning te moeten aanvragen.
Stikstof tijdens gebruiksperiode
Na de bouwperiode volgt de gebruiksperiode met bijbehorende stikstofemissie. Een nieuwe woning zorgt voor nieuwe verkeersbewegingen en vaak wordt er gas en/of hout verstookt. Een nieuwe loods zal soms extra dieselvoertuigen bergen en wordt soms verwarmd met een gaskachel. Voor de gebruiksperiode moet een afzonderlijke stikstofdepositieberekening worden opgesteld. Ook deze moet op 0,00 mol uitkomen om vergunningsvrij te zijn.
Nieuwe drempelwaarde?
De landelijke overheid heeft aangegeven om een nieuwe drempelwaarde in te willen stellen voor lage stikstofdeposities. Hoe hoog deze wordt is bij het schrijven van dit artikel nog niet bekend. Vrijwel zeker is wel dat milieuorganisaties hier weer tegen zullen gaan procederen. Hun redenering is dat vele kleine deposities tezamen ook natuurgebieden kunnen beschadigen. Uiteindelijk zal de Raad van State er zich wel weer opnieuw over moeten buigen. Ook bij een nieuwe drempelwaarde zal er voor bouwprojecten een stikstofberekening moeten plaatsvinden, om aan te geven dat deze niet wordt overschreden.
Uitgangspunten Aerius
De uitgangspunten voor de stikstofberekeningen moeten akkoord worden bevonden door de gemeente. Het is immers de gemeente die een omgevingsvergunning voor de bouw moet afgeven. Daarbij moet de gemeente toetsen of de stikstofdepositie groter is dan de drempelwaarde. Is dit het geval dan moet de gemeente aangeven dat een provinciale natuurvergunning is vereist. Die kan een melkveehouder zelf aanvragen, of de gemeente kan een ‘verklaring van geen bedenkingen’ aanvragen bij de provincie. Juridisch gezien heeft dit dezelfde status. De uitgangspunten voor de stikstofberekening zijn erg belangrijk. Ervaringen van de laatste maanden laten zien dat er kritisch naar stikstofberekeningen wordt gekeken. De uitgangspunten moeten soms tot op de kleine details worden verantwoord. Er ontstaat regelmatig discussie over. Bij een vergunningaanvraag is immers vaak nog niet duidelijk welke aannemer het werk gaat uitvoeren en dus welke machines worden ingezet.
Eisen aan machines
De situatie kan ook worden omgedraaid. Daarbij wordt in het bouwbestek als voorwaarde gesteld dat het machinepark van de aannemer aan eisen qua stikstofuitstoot moet voldoen. Zo kan van de aannemer bijvoorbeeld een elektrische heftruck worden gevraagd in plaats van een diesel aangedreven heftruck. Of een shovel van bouwjaar na 2017 in plaats van een oudere en meer stikstof uitstotende machine. Dit soort maatregelen kunnen soms het verschil maken tussen bouwen of niet bouwen. Dat is een kwestie van rekenen.
Meer artikelen uit het vakblad lezen? Profiteer van onze actie »