Door verschillende groeiomstandigheden op basis van seizoen en weer, en verschillen in gebruik of management zoals beweidingssystemen en maairegimes, ontstaat er een breed palet aan graskwaliteiten. Er wordt daarom een beweidingsproef uitgevoerd.
Het graslandmanagement heeft direct effect op de kwaliteit van het vers gras en daarmee op CH4 én NH3 emissies van melkvee. Voor NH3 zijn die mechanismes grotendeels bekend, maar voor methaanemissies minder. Om CH4 en NH3 gelijktijdig te kunnen reduceren op melkveebedrijven is het noodzakelijk om die mechanismes te doorgronden.
Daarom wordt in de beweidingsproef gekeken naar het effect van graskwaliteit op methaanemissies. In totaal worden hiervoor drie groepen van 16 koeien gebruikt in april, juni en augustus (proefschema A) en twee groepen van 16 koeien in mei, juli, september (proefschema B).
Laatste ronde beweidingsproef schema A
Op Dairy Campus zijn verschillende proefpercelen met grasland aangelegd. In drie rondes van elk vier weken worden de methaanemissies gemeten bij 100% graskuil, 100% vers gras op stal, en dag en nacht weiden in drie groepen van 16 koeien. Dit gebeurt door middel van een beweidingsproef. .
- Eerste ronde: Voorjaar (april/mei)
- Tweede ronde: Zomer (juni/juli)
- Derde ronde: Najaar (augustus/september)
De derde ronde is dinsdag 11 augustus gestart. In september volgt ook de laatste ronde voor het meten van de methaanemissies bij kort en bij langer weidegras. Dit is proefschema B.
Op deze wijze ontstaat inzicht in de verschillende vormen van graslandgebruik, maar ontstaat ook een beeld over seizoenseffecten. Het is een meerjarige proef waarbij in het vervolg ook aandacht komt voor het effect van kruidenrijk grasland.
Buiten weiden & meten
De methaanemissies van de individuele melkkoe worden gemeten met de GreenFeed. Methaan wordt vooral geproduceerd door microben in de pens. Het komt voornamelijk via de neus en de bek van de koe naar buiten. Een analyse van de uitgeademde lucht geeft een goede indicatie van de methaanuitstoot. Drie GreenFeeds zijn standaard aanwezig in de voedingsstal van Dairy Campus. Voor dit onderzoek zijn er ook twee mobiele units bij de koeien buiten geplaatst.
Vanwege de hoge temperaturen zijn de afgelopen dagen de tijden van de dag en nacht weidegroep aangepast. De koeien houden tussen de middag een aantal uren siësta in de stal. Doordat ze de rest van de uren op de wei staan kan het 100% weidegras rantsoen behouden blijven.