Dat 2018 een jaar van extremen was, hebben we kunnen merken. Na een koudeperiode in het vroege voorjaar, volgde al snel de lange warme, en vooral droge zomer. Daarna werden nog verschillende records met betrekking tot het weer verbroken. Maar nu sluit er opnieuw eentje aan: het record zonuren.
Het jaar 2018 gaat in de boeken als het zonnigste jaar sinds het begin van de metingen. Bij het KNMI in De Bilt scheen de zon, inclusief vanochtend, dit jaar meer dan 2022 uur. Het oude record uit 2003 stond op 2021 uur en 40 minuten.
Het jaar 2003 werd destijds vergeleken met het 'zonnejaar' 1540; een jaar gekenmerkt door droogte, warmte en de enorme hoeveelheid zonneschijn. Hoewel er in 1540 geen gemeten waarnemingen waren, zijn de geschiedenisboeken wel eens met deze stellingen. Nu was 2003 een bijzonder jaar, omdat er voor het eerst meer dan 2000 uren zonneschijn werd geregistreerd. Dat jaar werd omgedoopt tot het 'nieuwe zonnejaar'. Vijftien jaar later, in 2018, hebben we opnieuw een droog, warm en zeer zonnig jaar. In november werd de grens van 2000 zonuren al overschreden, en vanaf vandaag is 2018 het zonnejaar 2003 voorbij.
Nooit eerder zoveel zonuren in één kalenderjaar
In De Bilt heeft de zon, inclusief vandaag, meer dan 2022 uren geschenen. Daarmee is 2018 nu het zonnejaar 2003 voorbij en kunnen we van een recordzonnig jaar spreken. Andere zeer zonnige jaren waren 1959, 1947 en 2015, maar geen van allen haalde de 'magische' grens van 2000 uren zon.
Naast dat het, met afstand, de zonnigste julimaand sinds het begin van de metingen was, was juli ook nog eens de meest zonnige kalendermaand ooit gemeten in ons land. Ook de maand mei was zeer zonnig met een recordaantal zonuren op de Waddeneilanden. Maart, april en juni verliepen 'slechts' iets zonniger dan normaal.
Opvallend genoeg was het begin van dit jaar juist somber, in januari scheen de zon slechts een vijfde van het normaal aantal uren in deze maand. Februari liet een compleet ander beeld zien, de eerste recordzonnige maand van dit jaar was een feit. De meest zonnige maand van dit jaar was juli.
Na de zeer zonnige zomer, zette de trend in de herfst door. Zowel september, oktober als november gingen als zeer zonnig de boeken in. Samen vormden deze drie maanden de zonnigste meteorologische herfst sinds het begin van de metingen. Na de eerste 11 maanden waren nog ongeveer 18 zonuren nodig voor een nieuw record, daaraan is vanaf vandaag voldaan.
Vijfde zonrecord voor 2018
Het behalen van het zonnigste jaar ooit gemeten, is het vierde zonrecord van dit jaar. Eerder ging de maand februari (nipt) als recordzonnig de boeken in. De maand juli vestigde zelfs twee zonrecords in één keer: het was de zonnigste julimaand ooit gemeten, maar ook de zonnigste kalendermaand ooit gemeten! Niet eerder sinds het begin van de metingen scheen de zon in één maand zo veel als in juli 2018. Het vierde record was de herfst die als recordzonnig de boeken in ging. Het behalen van een recordhoeveelheid zonneschijn in één jaar is het dus het vijfde zonrecord van dit jaar.
Ruim 400 zonuren meer dan normaal
Nu de teller op ten minste 2022 zonuren staat dit jaar, heeft de zon bijna 400 uur meer geschenen dan normaal. In een normaal jaar, op basis van het gemiddelde over de periode 1981 tot en met 2010, schijnt de zon ongeveer 1600 uur. Een 'overschot' van ruim 400 zonuren is enorm. In een normale junimaand, rond het hoogste punt van de zon, worden ongeveer 200 uur zonuren gehaald. We hebben twee volle junimaanden aan zonneschijn extra gehad dit jaar.
Een andere vergelijking: tijdens een normale winter schijnt de zon ongeveer 200 uur, dus we kunnen ook zeggen dat we de hoeveelheid zon van twee volledige winters cadeau hebben gekregen.
Kustgebieden meestal meeste zon
Over een heel jaar bekeken zijn de kustgebieden meestal het zonnigst, verder landinwaarts zijn vaker wolken en maakt de zon dus minder uren. Het hoogste aantal zonuren ergens in Nederland gemeten staat op 2194 zonuren, in 2003 in Den Helder. De meetreeks van dat station is korter dan de reeks van De Bilt.
Bron: WeerPlaza
Jaren worden alsmaar zonniger
In de loop der jaren kunnen we zeggen dat het steeds zonniger wordt. Ongeveer 30 jaar geleden scheen de zon gemiddeld zo’n 1480 uur per jaar. Als we kijken naar de afgelopen 30 jaar, dus het gemiddelde van de periode 1989 tot en met 2018, dan is de normale hoeveelheid zonneschijn per jaar ongeveer 1695. In de afgelopen 30 jaar zijn de jaren dus gemiddeld ruim 200 uur zonniger geworden!
De grotere hoeveelheid zonneschijn is grotendeels te danken aan een verbeterde luchtkwaliteit. Wanneer er veel kleine deeltjes, zoals roet of as, in de lucht zweven, kunnen bewolking en mist gemakkelijker ontstaan. Vroeger was het bijvoorbeeld niet geheel ongebruikelijk als het in het najaar wekenlang mistig was, dus de zon niet scheen. Ook ontstaat er minder snel bewolking, dus is er wat vaker ruimte voor de zon dan pakweg 40 jaar geleden.
Bron: WeerPlaza
Bron: WeerPlaza