Telers mogen in grondwaterbeschermingsgebieden alleen die middelen gebruiken die daar volgens het etiket zijn toegestaan. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de Vereniging van waterbedrijven in Nederland (Vewin) wijzen telers hier op omdat onderzoek heeft uitgewezen dat veel agrariërs zich in de praktijk hier onvoldoende bewust van zijn.
Daarnaast is het belangrijk dat telers ook loonwerkers, gewasbeschermingsadviseurs en huurders van percelen in grondwaterbeschermingsgebieden op de hoogte stellen van het feit dat hun perceel in een grondwaterbeschermingsgebied ligt.
Ongeveer 60% van het drinkwater in Nederland is afkomstig uit opgepompt grondwater in zogenoemde waterwingebieden. Rondom deze waterwingebieden liggen gebieden waarin het grondwater beschermd wordt, dit zijn de grondwaterbeschermingsgebieden. Regenwater dat in deze gebieden valt en oppervlaktewater uit bijvoorbeeld sloten en beken, zakt in de bodem en kan uiteindelijk de winputten bereiken. Als winputten ernstig verontreinigd raken door gewasbeschermingsmiddelen kunnen ze onbruikbaar worden. Daarom mogen in deze gebieden geen gewasbeschermingsmiddelen met risicovolle stoffen gebruikt worden.
Kwaliteit van het drinkwater
Het drinkwater in Nederland is van goede kwaliteit. Drinkwaterbedrijven houden de kwaliteit van hun drinkwaterbronnen goed in de gaten en treffen bij het meten van de waterkwaliteit geregeld bestrijdingsmiddelenresten aan. Bij een kwart van alle (circa 200) grondwaterwinningen bestemd voor drinkwaterproductie werden in de afgelopen jaren concentraties gewasbeschermingsmiddelen aangetroffen die de norm overschrijden of daar vlak onder zitten. Voorkómen van verontreiniging is belangrijk om te zorgen dat drinkwater schoon en veilig blijft.
Bron: NVWA