De referentiecijfers uit de ABAB melkveemonitor over 2023 lijken in heel veel opzichten op de cijfers van 2022. Het verschil onder aan de streep is nagenoeg één op één terug te voeren op de bovenste regel: de melkprijs. Vrijwel alle kosten zijn gelijk gebleven, terwijl de melkopbrengsten daalden met circa negen euro per honderd kilogram melk. Dit zorgt ervoor dat het bedrijfsresultaat en de kasstroom een vergelijkbare daling laten zien.
Uit de Melkveemonitor van ABAB blijkt dat referentiebedrijven een beperkte groei van drie melkkoeien laten zien in 2023. De totale hoeveelheid melk groeide per bedrijf met circa 40.000 kilogram. Dit komt doordat de afgeleverde melk per koe met circa tachtig kilogram is gestegen. De vet- en eiwitgehaltes in de melk laten ook een stijging zien. De afgeleverde kilogrammen vet en eiwit per koe namen met twintig kilogram toe.
Koesaldo
Het koesaldo per koe is in 2023 met ruim 830 euro gedaald. Ook hier is de daling van de melkomzet met 761 euro de belangrijkste oorzaak. Verder valt op dat de omzet en aanwas per koe is gedaald als gevolg van iets lagere prijzen voor slachtvee. De veekosten zijn met circa tien procent gestegen. Prijsstijgingen en inflatie zijn waarschijnlijk de belangrijkste oorzaken voor de gestegen veekosten. De krachtvoerkosten per koe bleven vrijwel gelijk.
Krachtvoerkosten
Veel ondernemers hebben het gevoel dat de krachtvoerkosten in 2022 veel hoger waren dan in 2023, blijkt uit de Melkveemonitor. Vaak ontgaat hen daarbij dat de stijging van de prijzen voor het grootste deel in het eerste halfjaar van 2022 plaats vond. Na een sterke stijging in het tweede kwartaal van 2022, bleven de prijzen hoog in de rest van het jaar. In de loop van 2023 daalde geleidelijk de prijzen waardoor de gemiddelde prijzen in beide jaren heel dicht bij elkaar liggen. De cijfers van 2023 laten zien dat de gemiddelde prijs van mengvoer en droge grondstoffen in 2023 circa 2,50 euro lager waren dan in 2022. Daar staat tegenover dat er wat harder gevoerd is (twee procent toename). Dat zorgt ervoor dat de krachtvoerkosten per koe of per honderd kilogram melk minimaal daalden.
Ruwvoer
De voorraadveranderingen zijn in de referentiecijfers nog niet verwerkt. De verwachting is dat er gemiddeld genomen in 2023 voorraden zijn aangevuld. Wanneer deze gewaardeerd zijn zullen de werkelijke ruwvoerkosten wat verlagen. Op basis van de aangekochte partijen ruwvoer zijn ook de ruwvoerkosten vrijwel gelijk aan 2022.
Overige directe kosten
Binnen het saldo melkvee zien we de volgende opvallende verschuivingen. De teeltkosten dalen met circa 0,80 euro per 100 kilogram melk. Dit komt voornamelijk door een prijsdaling in kunstmest. Ook daalden de energiekosten licht met negentien procent. De mestafzetkosten namen toe met circa negentien procent.
Overige bedrijfskosten
De overige bedrijfskosten zien er vrijwel hetzelfde uit als in 2022. Daarmee bleven de in 2022 (sterk) gestegen kosten in 2023 op vrijwel hetzelfde niveau. Dit zal naar verwachting ook impact hebben op de kostprijs. Houd ook rekening met een structurele verhoging van het aandeel ‘vaste kosten’ in de kostprijs.
Rentelasten
Het effect van sterk gestegen rentetarieven zien we maar heel beperkt terug in de cijfers van 2023. Voor een groot deel op basis van lopende renteafspraken en renteafspraken die (net) voor de stijging zijn gemaakt. Het effect van de rentestijging heeft in 2024 en de komende jaren waarschijnlijk fors meer impact op de cijfers.
ABAB Melkveemonitor
Melkveehouders die klant zijn bij ABAB kunnen na afloop van elk kwartaal hun eigen cijfers en kengetallen in de ABAB Melkveemonitor vergelijken met die van andere melkveebedrijven. Op die manier kunt u gemakkelijker doelen stellen en vooral ook monitoren hoe het gaat met het realiseren daarvan.
Bron: ABAB