De vaste commissie voor Economische Zaken sprak in de Tweede Kamer over het verdienvermogen van Nederland. De agrofoodsector levert in Nederland een belangrijke bijdrage aan banen, het verdienvermogen, de voedselzekerheid en krachtige economische regio’s – het is de derde economische pijler van ons land.
Echter ontbreekt het op dit moment aan duidelijk perspectief voor de landbouwsector en daarmee de agro-keten als geheel. De boeren en tuinders verenigd in LTO en de coöperaties FrieslandCampina, Cosun en Avebe roepen de politiek daarom op het economisch belang van de agrofood sector voor het verdienvermogen van Nederland nadrukkelijk te erkennen.
Strategisch belang van voedselproductie
Recente crises hebben duidelijk gemaakt hoe kwetsbaar Nederland is wanneer ze vrijwel geheel afhankelijk is van (producten uit) het buitenland. In het politieke en maatschappelijke debat moet daarom meer aandacht zijn voor de geopolitieke en strategische kracht van onze land- en tuinbouw. Nederland is mondiaal gezien als een sterke kennispartner op gebied van land- en tuinbouw. Behoud van deze internationale positie is van groot strategisch belang, voor zowel de sector zelf als voor de economie van Nederland.
Exportvolume
Een belangrijk deel van het verdienvermogen hangt samen met de export: naar vooral de omringende landen, maar ook naar elders. Onze boeren en tuinders dragen met hun hoogwaardige producten flink bij aan de Nederlandse economie. Daarnaast is het Nederlandse agrifood complex goed voor vele miljarden aan kennis, veredelingsmateriaal en nieuwe technologieën die over de hele wereld vermarkt worden. De grote innovatiekracht die de agrarische sector rijk is heeft Nederland op dit gebied mondiaal koploper gemaakt. Wanneer de sector te klein wordt, valt er weinig kennis meer te exporteren.
Krachtige economische regio’s
Ook andere delen van de economie zijn door de voedingsmiddelenindustrie, handel- en distributie verbonden met de agrarische sector. De agri en food keten levert zo’n acht procent van zowel ons nationaal inkomen, als van onze werkgelegenheid. Vooral in het landelijk gebied en in regio’s die economisch minder sterk zijn, is de agrarische sector een belangrijke drager van onze welvaart. Een krimp binnen de primaire sector leidt tot krimp in de gehele agroketen, en daarmee tot krimp van het verdienvermogen van Nederland.
Lees hier de volledige inbreng die aan de Tweede Kamer is gestuurd.
Bron: LTO Nederland