Vòòr Hemelvaartsdag had er een concept-landbouwakkoord moeten liggen. Maar tijdens de laatste hoofdtafel, vorige week woensdag 17 mei, constateerden we dat de teksten zoals die op tafel lagen opnieuw onvoldoende waren. Wat volgde was een 24-uurs vergadermarathon waarbij zelfs minister-president Mark Rutte in de loop van de nacht aanschoof. Het laat zien hoeveel belang het kabinet eraan hecht om met agrarische partijen tot een landbouwakkoord te komen. Tegelijkertijd zaten de onderhandelingen inhoudelijk muurvast.
Thema’s
Wat LTO betreft zijn er vier onderwerpen waarop nog forse stappen moeten worden gezet:
- Financiering van landschapsdiensten. LTO vindt het van belang dat landschapsdiensten en agrarisch natuur- en landschapsbeheer (ANLb) wordt vastgelegd in langjarige contracten (met een looptijd tot 18 jaar), waarbij de financiering ook langjarig verzekerd is.
- Bescherming van boeren die door willen gaan.
- Mest en grondgebondenheid. LTO is voorstander van beleid dat kijkt naar bedrijfsspecifieke emissies. Die kunnen worden gemeten en daarop kunnen boeren sturen. Wat ons betreft moet dit worden uitgewerkt in een ‘afrekenbare stoffenbalans’: laat boeren en tuinders weten welke doelen ze moeten bereiken en geef hen ruimte om daar zelf invulling aan te geven. Dit thema is aan de onderhandelingstafel nog volop in beweging. Het kabinet kijkt helaas naar de introductie van nieuwe, sturende middelvoorschriften als GVE- en graslandnormen. Wij vinden dat het kabinet volledig op het verkeerde spoor zit met die norm.
- Het proces rondom de PAS-melders en interimmers. Zoals bekend: voor LTO is het een harde randvoorwaarde dat PAS-melders en interimmers zicht hebben op legalisatie.
Hoe verder?
Hoewel de voorstellen op deze thema’s nog niet voldoende zijn, heeft het kabinet ervoor gekozen om nu al een (eerste) doorrekening uit te laten voeren door o.a. het Planbureau voor de Leefomgeving. Dit zal twee à drie weken in beslag nemen – en pas daarna komt de hoofdtafel weer bijeen. Wat LTO betreft moet dat dan ook echt de laatste sessie zijn. We hebben al tweemaal eerder afgesproken dat we ‘ja’ of ‘nee’ zouden zeggen tegen een concept-landbouwakkoord – driemaal is scheepsrecht. Tegelijkertijd zullen we ook de komende weken in gesprek blijven; met andere agrarische organisaties, met het ministerie van LNV en ook intern met onze eigen sectoren en vakgroepen.
Voor dit moment is het kabinet aan zet. Om tot een conceptakkoord te komen dat we daadwerkelijk aan onze leden voor kunnen leggen, moeten nog forse stappen gezet worden. Als wij van mening zijn dat het akkoord onvoldoende is, zullen we het niet aan u voorleggen. We hopen dat het kabinet deze handschoen oppakt en bouwt aan een akkoord dat boeren en tuinders werkelijk perspectief biedt, en zo bijdraagt aan het herstel van vertrouwen.
Bron: LTO