Van de 84 bedrijven waarvoor DSM in 2021 maiskuilmonsters onderzocht, noteerden er 21 een hoog risico op mycotoxinen. Bij 25 bedrijven was het risico gemiddeld. De toxinen die werden aangetroffen waren deoxynivalenol (DON), zearalenon (ZEA), nivalenol (NIV) en 3-deoxynivalenol-glucoside (3-Gluc-DON). Dit zijn gifstoffen die schadelijk zijn voor de gezondheid van herkauwers en die de productie negatief beïnvloeden.
“Het risico is ingeschat op basis van een veronderstelde dagelijkse opname van acht kilogram drogestof snijmais. Hoog risico betekent dat direct ingrijpen noodzakelijk is om verdere schade te voorkomen. Ook als het risico gemiddeld is, moet je niet stilzitten, maar actie ondernemen”, vertelt diergezondheidsspecialist Sander Janssen van DSM Animal Nutrition & Health.
Schade door mycotoxinen kan groot zijn
De gevolgen van mycotoxinen in het voer laten zich bij herkauwers vaak moeilijk opmerken. Problemen sluipen er meestal langzaam in. In het algemeen zijn de problemen het gevolg van een lagere pensvertering en verminderde weerstand. Hierbij is er bijna altijd sprake van een sluimerende dalende melkproductie. Afhankelijk van de zwakkere plekken op het bedrijf kunnen zich problemen voordoen die het gevolg zijn van een verminderde weerstand.
Onderzoek geeft inzicht
Om schade door mycotoxinen te voorkomen, is het allereerst van belang de maiskuil standaard te laten onderzoeken op aanwezigheid ervan. “Maiskuil wordt meestal toch al bemonsterd voor de BEX. Laat als melkveehouder deze monsters ook analyseren. Vraag altijd goed na of de testmethode wel geschikt is voor maiskuilanalyse, met de juiste drempelwaardes én dat de belangrijke mycotoxinen wel worden meegenomen in de test.”
Mycotoxinen deactiveren
Als uit het onderzoek blijkt dat het gehalte aan mycotoxinen te hoog is, dan is het belangrijk een goed werkende mycotoxinedeactivator toe te voegen aan het rantsoen. Deze voorkomt schade zoals DON, NIV en ZEA. Een voorbeeld van zo’n deactivator is Mycofix®. Dit product heeft een bewezen effectiviteit tegen dié mycotoxinen die we in Nederland vaak aantreffen. Het adsorbeert mycotoxinen die kunnen worden gebonden, het deactiveert mycotoxinen die niet worden gebonden en het ondersteunt de weerstand en gezondheid van lever en darm. “Het is wetenschappelijk bewezen dat dit werkt. De juiste dosering is afhankelijk van de mycotoxinebelasting in het rantsoen”, vertelt Janssen.
Tekst en beeld: Gerben Hofman