Het dippen of sprayen van spenen na het melken verkleint het risico op uierontsteking. Maar er zijn in Nederland vele verschillende soorten speendips verkrijgbaar, met elk hun eigen samenstelling. Voor welke dip kiest u en kunt u beter dippen of sprayen? U leest het allemaal hier!
82% van Nederlandse melkveehouders gebruikt dip of spray
Het dippen of sprayen na het melken is in Nederland onder de melkveehouders goed ingeburgerd. Uit onderzoek van het UGCN, uitgevoerd onder 200 melkveehouders in 2006-2007, kwam naar voren dat zo’n 82 % van de Nederlandse melkveehouders gebruik maakt van een dip of spray. Dit wordt natuurlijk niet voor niets gedaan, het dippen van spenen na het melken zorgt voor een desinfectie van de spenen, waardoor er tot 50 % minder kans is dat een bacterie het uier binnendringt (Bron: GD). Daarmee is dippen een efficiënte maatregel in de strijd tegen mastitis.
Welke dip of spray kies ik?
In Nederland zijn verschillende soorten dip- of spraymiddelen verkrijgbaar. Deze zijn op te delen in contactdips en barrière dips. Een contactdip is een dipmiddel die de bacteriën doodt, die op de speen zitten na het melken. Een contactdip is vooral van belang bij een hoge infectiedruk met koegebonden kiemen, zoals bijvoorbeeld S. aureus.
Een barrièredip is filmvormend en legt een beschermlaagje rondom de speen en het slotgat. Dit zorgt ervoor dat de speen een extra bescherming heeft tussen de melkbeurten in. Een barrièredip is dan ook aan te raden op bedrijven die meer te maken hebben met omgevingsgebonden kiemen zoals E. coli en S. uberis.
Bij de keuze van een dip- of spraymiddel is niet alleen het soort dip, maar ook de werkzame stof in de dip van belang. Het ontsmettende middel in een dip kan bestaan uit jodium, chloordioxide, melkzuur, chloorhexidine of waterstofperoxide. Een hogere concentratie zal een betere ontsmettende werking hebben, echter dit kan ook zorgen voor uitdroging van de spenen. Bij jodium bevattende dips is niet direct de concentratie jood maar het gehalte aan vrij jood bepalend voor de mate van ontsmetting.
Onderzoek heeft aangetoond dat er door langdurig gebruik van eenzelfde dipmiddel selectie plaats kan vinden van bacteriën die beter bestand zijn tegen de dip. Hierdoor zal de dip minder ontsmettend werken. Om te weten of de dip die u gebruikt nog past bij de kiemen die op uw bedrijf aanwezig zijn, kunnen sommige laboratoria de werking van het dipmiddel testen op bacteriën die in melkmonsters van uw eigen koeien zijn aangetoond. Twijfelt u over de werkzaamheid van uw dipmiddel, vraag dan uw dierenarts contact met ons op te nemen.
Het ontsmettende middel in de verschillende dips vergroten het risico op uitdroging van de spenen. Het is daarom belangrijk dat de dip ook een verzorgend middel bevat, zodat de speenhuid en slotgaten in goede conditie blijven. Verzorgende stoffen die in dips zitten, zijn onder andere glycerine, sorbitol en lanoline. Het is aan te raden om de speenconditie van uw melkvee regelmatig te beoordelen. Een praktisch moment hiervoor is bij droogzetten. Wanneer te veel koeien schrale spenen hebben is het goed om te kijken of u misschien het aandeel verzorgende middelen in de dip moet verhogen.
Dippen of sprayen?
Bij het dippen of sprayen is het belangrijk dat minimaal 2/3 van de speen bedekt is met dipmiddel, het uiteinde van de speen moet geheel bedekt zijn. Dit wordt bij dippen gemakkelijker en consistenter bereikt dan bij sprayen. Maar dit wil niet zeggen dat sprayen niet goed kan werken. Sommige veehouders kiezen liever voor een spray vanwege het gemak, andere melken met een robot en maken hierdoor gebruik van een spray. In beide situaties is het extra belangrijk om het raken van de spenen kritisch te blijven beoordelen. Houdt bij een melkrobot ook het verbruik goed in de gaten. Vervangt u het spray middel later dan anders? Dan kan er iets mis zijn in de spray installatie waardoor er te weinig wordt gebruikt. Controleer bij het overstappen naar een andere spray (ander soort of merk), of de nieuwe spray nog wel goed de spenen bedekt. Wanneer er bijvoorbeeld overgestapt wordt van een meer waterige dip naar een dikkere dip, zal de spraydruk mogelijk onvoldoende zijn, waardoor de spenen niet goed geraakt worden.
Denk er bij het dippen aan om de dipbeker schoon te houden, zodat deze geen infectiebron vol bacteriën wordt. Gooi daarom de dipbeker na elke melkbeurt leeg, maak de beker met heet water schoon en laat deze daarna opdrogen. Door 2 dipbekers afwisselend te gebruiken wordt er altijd een schone en droge beker gebruikt bij het begin van elke melkbeurt.
Prefoam-voorbehandelen
Naast de dips die gebruikt worden na het melken, zijn er ook verscheidene middelen op de markt om de spenen vóór het melken te reinigen. Doel hiervan is het verminderen van infectie met omgevingskiemen, door ervoor te zorgen dat de spenen schoon en droog zijn als het melkstel wordt onder gehangen. Meestal wordt dit gedaan door een prefoam gevolgd door voorbehandeling met droge doeken. De prefoam moet vaak zo’n 30 seconden inwerken, waarna de spenen met een droge doek schoongemaakt kunnen worden. Dit resulteert vaak in schonere spenen dan voorheen. Daarnaast zorgt een goede voorbehandeling ervoor dat de koe de melk beter laat schieten en dus sneller gemolken kan worden.
De keuze voor een goede dip valt of staat bij het weten welke kiemen op uw bedrijf een rol spelen bij de uiergezondheid. Op basis hiervan kunt u een overwogen keuze maken voor een juiste dip of spray, passend bij uw bedrijf.