Op 26 januari vond de tweede masterclass plaats die Noardlike Fryske Wâlden organiseerde in samenwerking met van Hall Larenstein en Bioclear earth. Drie experts spraken over verschillende onderwerpen rondom bodem, bemesting en digestaat.
Bodem is de basis
Goaitske Iepema (Hogeschool Van Hall Larenstein) vertelde dat de bodem niet altijd de aandacht krijgt die zij verdient. Het grootste kapitaal van een boer ligt besloten in de bodem, en deze bodem is de basis onder het bedrijf. Organische stof (OS) in de bodem houdt water vast en voedt het bodemleven. Digestaat verschilt van drijfmest door een lager gehalte OS, en een hoger gehalte minerale stikstof. Dit betekent dat drijfmest meer doet voor het bodemleven. Digestaat levert door de hogere hoeveelheid minerale stikstof echter sneller voeding voor groei.
Juiste bemestingsstrategie
Dit vraagt om de juiste timing bij het toedienen van digestaat of drijfmest. Wil je écht iets doen voor het bodemleven, dan zijn vaste mest en compost betere opties dan drijfmest of digestaat. Het verschil in OS-gehalte tussen drijfmest en vaste mest is véél groter dan het verschil in OS-gehalte tussen digestaat en drijfmest. De juiste bemestingsstrategie is een samenspel tussen focus op de plant (snelle meststoffen, bijvoorbeeld kunstmest en digestaat) en focus op de bodem (langzame meststoffen met een hoog OS-gehalte, bijvoorbeeld vaste mest of compost). Oud grasland waar de bodem al van hoge kwaliteit is leent zich bijvoorbeeld beter voor toediening van digestaat dan jong grasland, waar de bodemkwaliteit nog verbeterd kan worden.
Goed rekenen aan de stikstofketen
Jerke de Vries (Van Hall Larenstein) betoogde dat het belangrijk is om de hele stikstofketen in het oog te houden. Verliezen vinden niet alleen plaats tijdens aanwending, maar in de hele keten. Dit feit is van belang wanneer je de stikstofefficiëntie berekent. Getallen over stikstofefficiëntie vliegen je om de oren, terwijl deze op verschillende manieren berekend kunnen worden. Kijk je naar welk deel van het stikstof dat je voert uiteindelijk belandt in je graskuil, of kijk je naar het deel van de stikstof in je bemesting dat uiteindelijk belandt in je graskuil? Voor je getallen gaat vergelijken moet je zeker weten dat deze op dezelfde manier berekend worden.
Wat doet digestaat met de bodem?
In één gram grond zit 1500 kilometer DNA, weet Eline Keuning (Bioclear earth). Steeds meer aandacht gaat uit naar het leven in de bodem, en de vele functies van deze bacteriën en schimmels. Zo zijn er schimmels die mineralen uit de bodem vangen en vervolgens via de wortels aan een plant doorgeven. Eline vergeleek het bodemleven in een perceel bemest met digestaat met het bodemleven in een perceel bemest met drijfmest. In de eerste plaats waren niet meer ziekteverwekkende of methaan-producerende bacteriën in het digestaatperceel te vinden. Wel was tussen de percelen een verschil te zien in welke soorten meer voorkwamen dan de ander, maar er viel niet te concluderen dat één van de percelen hierdoor een meer gunstige samenstelling van het bodemleven had.
Bron: LTO Noord