Op 23 november jl. publiceerde het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in opdracht van het ministerie Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en het ministerie Infrastructuur en Waterstaat (IenW) de Nitraatrapportage.
Nitraatrapportage 2016-2019
LTO Nederland is trots op de inspanningen van haar leden en het bijbehorende resultaat. De Nitraatrapportage laat over een periode van vier jaar (2016-2019) een gemiddelde daling van nitraatconcentraties in het water op Nederlandse landbouwbedrijven zien. Ook toont het een algehele verbetering van de kwaliteit van het oppervlaktewater. De droge zomers van 2018 en 2019 onderschrijven de oproep van LTO Nederland aan de minister van LNV om integraal naar het Nederlandse bodembeheer en de beschikbaarheid van water te kijken.
Nederland dient als EU-lidstaat eens in de vier jaar aan de Europese Commissie de voortgang te rapporteren over de implementatie van de Nitraatrichtlijn; door middel van Actieprogramma’s waarin maatregelen voor verbetering van waterkwaliteit zijn opgenomen.
Dalende trend zet door
Uit de meest recente publicatie is op te maken dat gemiddeld gezien de dalende trend ten aanzien van de nitraatconcentraties in het water op de Nederlandse landbouwbedrijven doorzet; alleen toont de rapportage wel een zogenaamde hockeystickcurve. In de jaren 2018 en 2019 zien we een kleine stijging.
Het is goed dat er ook aandacht is voor de logische verklaring hiervoor. Door de (extreme) droogte van de afgelopen zomers stagneerde de groei van gewassen en hebben deze minder nutriënten kunnen opnemen. De hoeveelheid meststoffen die achterblijft in de bodem is daardoor toegenomen in plaats van afgenomen. Hierdoor nemen nitraatconcentraties in het uitspoelende water uit de wortelzone onder landbouwbedrijven ook toe.
‘Verbetering mogelijk in zand- en lössregio’
In het rapport stelt het RIVM dat de kwaliteit van water nog niet overal in Nederland voldoet, en dat er een ruimtelijke variatie is. Op meer dan de helft van de landbouwbedrijven in de zand- en lössregio is de nitraatconcentratie te hoog. Ook zijn de concentraties stikstof en fosfor afkomstig van de landbouw in een groot deel van de oppervlaktewateren helaas nog te hoog. Dit laat zien dat we op de goede weg zijn, maar dat we er nog niet zijn.
In dit kader merkt het RIVM in de rapportage ook op dat ten tijde van de MINAS, met doelgericht beleid, veel meer vooruitgang werd geboekt dan de afgelopen jaren. Daarom is LTO Nederland ook van mening dat herintroductie van doelgericht beleid van groot belang is om boeren en tuinders gerichte vervolgstappen te laten zetten.
Goed bodembeheer als uitgangspunt
Diverse inspanningen worden er lokaal en regionaal door onze leden en adviseurs gedaan om aan de resterende opgaven te werken; veelal onder de vlag van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW). LTO Nederland doet een dringende oproep aan de ministers van LNV en IenW die momenteel werken aan de conceptteksten van het 7e actieprogramma betreffende de Nitraatrichtlijn (7e APN). Geef vertrouwen en verantwoordelijkheid aan agrarische ondernemers om te werken aan goed bodembeheer om zo naast de waterkwaliteitsdoelen integraal te werken aan andere doelen zoals aanpassingen aan een veranderend klimaat. Zonder deze integrale benadering dreigen we niet alleen het zicht op de realisatie van de waterkwaliteitsdoelen te verliezen, maar ook het draagvlak bij de Nederlandse agrariërs.
Bron: LTO Nederland