De FNP stelt opnieuw vragen over de naleving van de twee provinciale verordeningen met betrekking tot de bestrijding van schadelijke planten. Die planten zijn een gevaar voor melkvee en paarden, vooral als Jacobskruiskruid of distels in hooi of kuil terecht komen. Daarom is er regelgeving die voorschrijft dat eigenaren van percelen die planten moeten verwijderen. De FNP constateert dat de eigen provinciale regels niet uitvoert en vraagt om actie.
Verspreiding escaleert
Deze zomer blijkt dat de verspreiding van Jacobskruiskruid en distels verder escaleert. Door lakse handhaving en lakse bestrijding op eigen percelen van de Friese overheden, kunnen de planten zich steeds verder uitbreiden. Sommige boeren grijpen daarom naar de gifspuit om ze onschadelijk te maken. Hetgeen natuurlijk direct ingaat tegen het provinciaal beleid om natuurinclusief boeren te stimuleren. Bovendien overwoekeren ze andere waardevolle planten en verminderen ze daarmee de biodiversiteit.
Lakse naleving van regels
Wopke Veenstra: ‘Het is teleurstellend dat de provincie het vertikt om haar eigen regels uit te voeren. Wij willen een meer proactieve houding van de provincie bij de bestrijding van distels en Jacobskruiskruid.’ De Jacobskruiskruidverordening is vastgesteld in 2007 en de Distelverordening al in 1951. Uit de eerdere antwoorden van het college van Gedeputeerde Staten blijkt dat alleen gehandhaafd is op grond van vragen of klachten.
Boete voor de overheid zelf?
Ook op eigen terreinen van de Friese overheden staan overal distels en Jacobskruiskruid. Volgens de verordening moet de rechthebbende de planten verwijderen. Doet hij of zij dat niet, dan volgt een boete. Wopke Veenstra: ‘Wij vinden het onbestaanbaar dat de Friese overheden eigenlijk beboet moeten worden voor het overtreden van provinciale verordeningen.’ De FNP wil van het college fan weten of het ook vindt dat de provincie een voorbeeldrol heeft bij het naleven van haar eigen regels.
Bron: FNP