Door slim te sturen op de bijvoeding en bemesting is een hoge mineralenefficiëntie in combinatie met veel weiden goed mogelijk. Binnen het project Kringloopweiden is een tool ontwikkeld die helpt om tijdens het weideseizoen de bijvoeding af te stemmen op de kwaliteit en hoeveelheid weidegras die de koeien opnemen.
Dat was een van de doelen van dit project dat de afgelopen drie jaar uitgevoerd is om zo een hogere mineralenefficiëntie te kunnen realiseren. Dat is gelukt in de vorm van het WeidevoerKompas. Deze tool helpt om de juiste gehaltes aan eiwit en fosfor in het rantsoen te verstrekken waardoor een hogere efficiëntie en lagere excretie kan worden gerealiseerd.
Eiwit en fosfor gehalte
Een hoge efficiëntie wordt alleen maar behaald als er op de norm gevoerd wordt. Hierbij draait het in de veehouderij vooral om stikstof en fosfor. Om een onnodig hoge excretie te voorkomen wordt de hoeveelheid eiwit en de hoeveelheid fosfor in het rantsoen maandelijks gemonitord. Hierbij kan de streefwaarde in het kompas zelf ingevuld worden maar over het algemeen geldt voor eiwit een streefwaarde van 150-155 g/kg droge stof voer en voor fosfor (P) een streefwaarde van 3,5 gram/kg droge stof.
Prognose
Door het invullen van de te verwachten bijvoeding op stal aan ruwvoer, de gewenste hoeveelheid krachtvoer en de kwaliteit van het weidegras geeft de tool aan hoeveel weidegras de koeien nog op zouden moeten nemen om aan hun VEM behoefte te voldoen. Maar ook wordt weergeven hoeveel fosfor en eiwit er in het krachtvoer mag zitten om het gewenste niveau in het totale rantsoen te realiseren zoals in figuur 1 te zien is.
Op een van de deelnemende bedrijven uit het project is de tool afgelopen jaar uitgetest. Naast de prognose worden ook de daadwerkelijk gerealiseerde gehaltes in het voer gemonitord. Aan de hand van de voeropname, de veebezetting en de melkproductie wordt vervolgens ook de excretie aan stikstof en fosfaat per ton melk berekend. Dit geeft naast het rantsoen een goede indicatie van de efficiëntie op het bedrijf. De resultaten van de maandelijkse monitoring worden ook in het kompas weergegeven, een voorbeeld van het praktijk bedrijf uit het project is te vinden in figuur 2.
De praktijk
Zoals in figuur 2 te zien is neemt in de maanden augustus tot en met september het eiwit gehalte van het rantsoen toe en daarmee ook de excretie per ton melk. Dit komt door de hogere eiwitwaardes van het gras in het najaar. Dit is een jaarlijks terugkerende uitdaging doordat de lagere grasgroei in het najaar in combinatie met een hoog stikstofleverend vermogen uit de bodem ervoor zorgt dat er voor relatief weinig gras veel stikstof beschikbaar is. Hierdoor zal er veel eiwit gevormd worden in het gras en neemt het eiwit gehalte in het rantsoen dus toe.
Tijdig stoppen met bemesting
De uitdaging is dus om het eiwit gehalte in het najaarsgras te beperken. Dit kan gerealiseerd worden door op tijd te stoppen met de aanwending van drijfmest op percelen die nog geweid gaan worden, drijfmest werkt namelijk nog lang na. Daarnaast kan een beperkte kunstmestgift gestrooid worden om roest te voorkomen en het gras smakelijk te houden. Maar beperk deze giften tot kleine giften van 15 kg stikstof (55 kg KAS).
Bijvoeding
Ondanks een aangepaste bemesting strategie zal najaarsgras nog altijd hogere gehaltes aan eiwit bevatten. Stem daarom ook de bijvoeding hierop af en zorg voor eiwitarmere bijvoeding in die periode. Voer je bijvoorbeeld een beperkte hoeveelheid mais, verdeel deze dan op zo’n manier dat je in het najaar wat meer kunt voeren dan in een andere periode. En zorg voor krachtvoer of bijproducten met lagere eiwit gehalte en een hoog energie gehalte.
Conclusie
Door goede monitoring en sturing is met weidegang een hoge efficiëntie zeker te realiseren. Essentieel hierbij wel is dat de ondernemer bewuste keuzes maakt in zijn/haar weidemanagement, ruwvoermanagement, bemesting en bijvoeding. Voor meer tips en concrete maatregelen voor betering van de mineralenefficiëntie bij beweiding klik op het dashboard KringloopWijzer en weidegang.
Bron: Verantwoorde Veehouderij