Het dippen van de spenen na het melken helpt in het voorkomen van infecties en zorgt zo voor het verkleinen van het risico op (sub)klinische mastitis. Er zijn echter heel veel dipmiddelen op de markt en wat is nu beter, dippen of sprayen? Waar kunt u op letten bij het kiezen van een dip- of spraymiddel?
Sinds de introductie van het 5-punten plan in de jaren ’60 werd onder andere het dippen van de spenen na het melken steeds meer gemeengoed in Nederland. De dalende trend van het gemiddelde tankcelgetal op de Nederlandse bedrijven was het gevolg. Verschillende onderzoeken tonen aan dat dippen een efficiënte maatregel is in de strijd tegen mastitis.
Waar op te letten bij de keuze van een dip- of spraymiddel?
Als eerste is de werkzame stof van belang. Deze moet goed ontsmetten en kan bestaan uit jodium, chloordioxide, melkzuur, chloorhexidine of waterstofperoxide. Een hogere concentratie zal een betere ontsmettende werking hebben, echter dit kan ook zorgen voor uitdroging van de spenen. Bij jodium bevattende dips is niet direct de concentratie jood maar het gehalte aan vrij jood bepalend voor de mate van ontsmetting.
Daarnaast is het belangrijk dat de dip verzorgend is zodat de speenhuid en slotgaten in goede conditie blijven. Verzorgende stoffen die in dips zitten zijn onder andere glycerine, sorbitol en lanoline. Onderzoek heeft aangetoond dat een slechte conditie van de speenpunten een groter risico geeft op mastitis, dieren met schrale spenen hadden meer kans op mastitis dan koppel- en leeftijdsgenoten met een goede speenconditie. Het is aan te raden om de speenconditie van uw melkvee regelmatig te beoordelen. Een praktisch moment hiervoor is bij droogzetten. Wanneer teveel koeien schrale spenen hebben is het aan te raden uw melktechniek te bekijken en de hoeveelheid verzorgende producten in uw dip wellicht te verhogen. Onderzoek heeft ook aangetoond dat bacteriën binnen stammen verschillend gevoelig kunnen zijn voor de werkzame stof van een dipmiddel. Wissel daarom om de 2 jaar van werkzame stof of schakel over naar een dip met een hogere concentratie werkzame stof.
Goed dippen
Bij het dippen is het belangrijk dat minimaal driekwart van de speen bedekt is met dipmiddel, het uiteinde van de speen moet geheel bedekt zijn. Dit wordt bij dippen gemakkelijker en consistenter bereikt dan bij sprayen, daarom heeft dippen de voorkeur. Sommige veehouders kiezen ook in de melkput liever voor een spray vanwege het gemak, andere melken met een robot en maken hierdoor gebruik van een spray. In beide situaties is het extra belangrijk om het raken van de spenen kritisch te blijven beoordelen. Dit kan gemakkelijk door spenen na het sprayen af te nemen met een papieren doek. Hierbij kan goed worden bekeken of de gehele speen geraakt is. Houdt bij een melkrobot ook het verbruik goed in de gaten. Vervangt u het spray middel later dan anders? Dan kan er iets mis zijn in de spray installatie waardoor er te weinig wordt gebruikt.
Denkt u er ook aan om de dipbeker schoon te houden zodat deze geen infectiebron wordt voor bacteriën? Om dit te voorkomen moet de dipbeker na elke melkbeurt worden schoon gemaakt met heet water. Door 2 dipbekers afwisselend te gebruiken wordt er altijd een schone en droge beker gebruikt bij het begin van elke melkbeurt.
Predippen en voorbehandelen
Er zijn verscheidene middelen op de markt om de spenen te desinfecteren vóór het melken. Doel is het verminderen van infectie met omgevingskiemen door ervoor te zorgen dat de spenen schoon en droog zijn als het melkstel wordt onder gehangen. Meestal wordt dit gedaan door een prefoam gevolgd door voorbehandeling met droge doeken. Een goede voorbehandeling zorgt tevens voor het beter laten schieten van de melk en dus beter en sneller leeg melken. Het laten schieten van de melk wordt veroorzaakt door oxytocine. Om te zorgen voor voldoende oxytocine moet de totale tijd tussen eerste aanraking van het uier (massage en eventueel voorstralen) en onderhangen 60-90 seconden zijn.