De helft van de graslandpercelen heeft op dit moment te weinig zwavel (S) beschikbaar voor het gewas. Dat blijkt uit de resultaten van de Vers GrasChecks die in de periode maart tot half mei zijn uitgevoerd door Eurofins Agro. Het is verstandig om nog voor de tweede snede zwavel bij te bemesten.
De omstandigheden voor het bodemleven, en dus voor het vrijkomen van zwavel door het afbreken van organische stof en mest, zijn dit voorjaar niet gunstig. Zwavel is voor een belangrijk deel afhankelijk van mineralisatie en zeer uitspoelingsgevoelig. Ook dit jaar verliep het weer in het voorjaar grillig. Eind april viel er in sommige delen van het land enkele centimeters sneeuw. Op Koningsdag viel er op veel plekken hagel. In begin mei was het ineens behoorlijk warm met overdag temperaturen boven de 25 graden. Tegelijkertijd werd het na een relatief natte aprilmaand droog: in de provincies Gelderland, Overijssel en Zeeland werd zelfs ‘code rood’ afgegeven voor brandgevaar in de natuur.
Zwavel bemesten voor tweede snede
Melkveehouders doen er verstandig aan om zwavel bij te bemesten voor de tweede snede. “De Vers GrasChecks zijn een betrouwbare indicator voor de plantbeschikbare zwavel die in de bodem aanwezig is”, stelt Robin Wolf. Hij is productmanager veehouderij bij Eurofins Agro. “de helft van het grasland heeft een tekort. Het is echter onverstandig om te gokken, want een tekort aan zwavel kan 20% opbrengst kosten. Daar zitten melkveehouders, zeker in deze tijd, niet op te wachten.”
Tekort zwavel opheffen
Het advies luidt al jaren om in ieder geval op zand- en kleigronden voor de eerste en tweede snede zwavelhoudende meststoffen te gebruiken. Ook op veengronden is dit vaak belangrijk. Op veen zijn de laatste jaren positieve effecten van zwavel op de opbrengst van de eerste snede gemeten. Via een bemesting kan namelijk gemakkelijk het tekort worden opgeheven.
Vers GrasCheck of grondmonster
Melkveehouders die zeker willen weten hoe de actuele situatie in hun perceel is, kunnen ook een Vers GrasCheck laten nemen. Naast het bepalen van de bemestingsstrategie is dit onderzoek ook te gebruiken om het ideale maaimoment te bepalen en om duidelijkheid te hebben over wat koeien eten tijdens het weideseizoen. Robin Wolf: “Daarnaast is het mogelijk om een CHECK-onderzoek in de bodem te laten uitvoeren. Dit onderzoek geeft inzicht in de actuele beschikbaarheid van nutriënten in de grond.”
Vorig jaar lage S-index in kuilen
Vorig jaar bleek uit de resultaten van de voorjaarskuilen ook al dat veel percelen een zwaveltekort hadden. Toen had ruim één op de drie voorjaarskuilen van een lage S-index. Volgens Robin Wolf zou het goed kunnen dat het dit jaar weer het geval is. “Of misschien meer. Dat zal afhangen van de bemestingsstrategie van de melkveehouders.”
Eiwitopbrengsten en stikstofbenutting
Een krappe S-voorziening leidt tot lagere eiwitopbrengsten en een lagere stikstofbenutting. Zwavel heeft namelijk een belangrijke rol bij de eiwitproductie, zowel in dieren als in planten, omdat het een bestanddeel is van de zwavelhoudende aminozuren (methionine en cysteine). Bij herkauwers is het dan ook van essentieel belang bij de productie van microbieel eiwit. Daarnaast is zwavel onder meer een onderdeel van de B-vitaminen thiamine en biotine en van het hormoon insuline. Een zwaveltekort kan zorgen voor een verminderde voeropname en productie als gevolg van verminderde microbiële activiteit in de pens. Andere symptomen die kunnen worden waargenomen zijn een dof haarkleed, ‘speekselen’ en vochtige ogen.
Bron: Eurofins Agro