In 2016 hadden ruim 12 duizend boeren 30 hectare of meer cultuurgrond in eigendom, 22 procent van alle boeren. Vergeleken met 2010 is het aantal agrarische grondbezitters (30 ha of meer) met 6 procent toegenomen. Dat blijkt uit een nieuwe analyse van de landbouwcijfers van het CBS.
In 2016 hadden de Nederlandse land- tuinbouwbedrijven gezamenlijk 1,04 miljoenhectare cultuurgrond in eigendom. Ruim een derde van de bedrijven (38 procent) had niet meer dan 5 hectare in bezit, 3 procent bezat meer dan 75 hectare cultuurgrond. In 2010 was dat nog 2,0 procent. Deze grondbezitters onder de boeren hadden in 2016 zo’n 15 procent van alle landbouwgrond in eigendom. Dat was in 2010 nog 11 procent.
Relatief veel agrarische grootgrondbezitters bevinden zich in Groningen en Drenthe. Daar bezaten respectievelijk 18 procent en 8 procent van de boeren 75 of meer hectare cultuurgrond.
Grootste grondbezit in de melkveehouderij
Melkveebedrijven hadden in 2016 twee keer zoveel cultuurgrond in eigendom dan akkerbouwbedrijven. Bijna de helft van de melkveehouders bezat vorig jaar 30 of meer hectare grond. Vijf procent van de melkveebedrijven had 75 of meer hectare cultuurgrond in bezit, in 2010 was dat nog 3 procent.
Van de akkerbouwers had 25 procent in 2016 30 ha of meer grond in bezit (22 procent in 2010), 7 procent had meer dan 75 hectare grond in eigendom (5 procent in 2010).
Steeds minder boeren zonder eigen land
Het aantal boeren dat geen cultuurgrond in eigendom heeft daalt. In 2016 had 15 procent van de akker- en tuinbouwbedrijven geen grond in eigendom. Zes jaar eerder was dat nog 17 procent.